maandag 9 november 2009

Over ontucht en andere onzedelijkheden

Het zou de Nederlandsche Vereeniging tegen Prostitutie goed in de oren hebben geklonken: bezoeken aan illegale prostituees worden binnenkort strafbaar, als het aan minister Guusje ter Horst van Binnenlandse Zaken ligt. De doelstellingen van de "vereeniging" uit 1911 blijken overigens nog heel wat raakvlakken te hebben met de 21e eeuw.

De vereniging maakt zich in een rapport - verspreid in het Land van Cuijk - zorgen over de mogelijke zedeloosheid in dorpen, nu er steeds makkelijkere "verkeersmiddelen" komen. Want er bestaat dan wel een landelijke wet tot bestrijding van zedeloosheid, maar de vereniging is bang dat dat niet voldoende is. "Dat zal blijken een onvoldoend strijdmiddel te zijn tegen het bordeelwezen."

De vereniging maakt begin vorige eeuw nog geen onderscheid in legale en illegale prostitutie. Zij meent dat de "schandelijke vrouwenhandel" vooral door het bordeelwezen wordt bevorderd. Naast de landelijke wet moet een gemeenteverordening komen zodat misstanden nog beter kunnen worden aangepakt. Nu blijkt de term "openbaar huis" nog voor veel onduidelijkheid te zorgen waardoor "verschillende personen die niet in dat huis wonen toch ontucht kunnen plegen." Een gemeentelijke wet moet hieraan een einde maken.

Overigens blijken deze bepalingen uit de vorige eeuw lang niet altijd achterhaald. Zo wordt gehamerd op reglementering van bordelen, geneeskundig toezicht op prostituees en algehele uitroeiing van ontucht. "Al is uitroeiing van geen enkel kwaad, ook niet van de ontucht, mogelijk, bestrijding ervan is een plicht", aldus A. de Blécourt, voorzitter van de Nederlandse Vereeniging tegen Prostitutie.

Geen opmerkingen: