vrijdag 11 oktober 2013

Tomtommend door archieven: bestemming Rendonk

...op zoek naar Rendonk...
Onze rijksarchivaris Jan Sanders schreef het boek Kartuizers in het land van de Dommel, over het Klooster Sint-Sophia van Constantinopel bij’s-Hertogenbosch, 1466-1641. Lees mee met zijn speurtocht naar een boerderij in Groot Linden. Detail in het boek maar een mooi verhaal!

In dit blog zoomen we in op de kartuizerhoeve die het verst van het klooster in Vught verwijderd lag, namelijk ten zuiden van Groot Linden, tussen Grave en Cuijk. Hoeve de Rendonk was al vanaf ongeveer 1480 in het bezit van het klooster. Waarom zo ver weg? Mogelijk is er een verband met de toenmalige heren van dat gebied. Grave en het Land van Cuijk was in de vijftiende eeuw Gelders. Een van de vroegste begunstigers van de kartuizers was hertog Arnold van Gelder, een groot bewonderaar van Dionysius de Kartuizer, stichter van het klooster. Arnold had zijn laatste machtbasis in dit gebied, toen zijn vrouw en hun zoon Adolf de macht in de rest van het hertogdom Gelre van hem hadden afgenomen. Het huis Egmond, waartoe de Gelderse hertogen behoorden, bleef de volgende jaren belangrijk in de heerlijkheid Grave en het Land van Cuijk. De Vughtse kartuizers genoten er bescherming en konden er de hoeve die ze in Groot Linden gekocht hadden, veilig exploiteren. Totdat daar in 1559 een andere wind ging waaien.

In dat jaar werd Grave en het Land van Cuijk in pand gegeven aan Willem van Oranje. Hij ging er meteen zijn domeingoederen reorganiseren. De kartuizerhoeve was vroeger door hertog Arnold in pand gegeven en nu, in 1560, meer dan 100 jaar later, wilde Willem de boerderij in volle eigendom bezitten. Hij loste het pand in waardoor de kartuizers de boerderij moesten afstaan. Ze kregen er weliswaar een hoop geld voor terug, maar verloren hun hoeve De Rendonk. Het betekende ook het begin van de afbouw van hun goederencomplex. Het zoeken naar de huidige ligging van deze hoeve, De Rendonk, viel niet mee. Informatie uit de streek bracht me telkens bij Sendonk of Zendonk in Beers. Dat was wel bekend en lag ook in de richting. Maar Rendonk? Nooit van gehoord. Dat moest wel een verschrijving zijn, een vergissing, een menselijke fout… Maar die werd dan toch wel erg vaak en consequent gemaakt. Nee dus, ik moest verder zoeken.

Een spoor vond ik in de rekeningen van de rentmeester van de heer van Grave en het Land van Cuijk. Dat was de familie Van Oranje, jawel, die van ons koningshuis. En daar kwam ik de Rendonk weer tegen, zo rond 1680. Het heette toen wel Rijndonk maar het was zeker ‘mijn’ Rendonk, afkomstig van de kartuizers. Hoera, maar helaas… geen hoeve meer. Alle gebouwen waren afgebroken en de stukken grond werden los verpacht. Tot overmaat van ramp verloor ik, ergens in de Franse tijd toen alles op zijn kop werd gezet, de Rendonk weer uit het oog.

..."bestemming bereikt"...
Via het onvolprezen Google en Rijndonk kwam ik de afgebroken hoeve weer op het spoor. Koning Willem I had in 1822 delen van zijn oude domeingoederen teruggekregen van de Staat der Nederlanden. Waaronder de Rijndonk. Ze waren bij de Kroondomeinen gevoegd. Dankzij die administratie kon ik eindelijk een link leggen naar het kadaster en de percelen op de kadastrale kaart aanwijzen, zuidelijk van het dorpje Groot Linden. Daar lag dus de Rendonk. Benieuwd naar hoe het er nu uitzag!

Heemkundige uit Sint-Oedenrode Harry van Kuijk legde met onnavolgbare precisie de oude kadasterkaart over Google Maps heen en toen zag ik de Renndonk in zijn volle glorie pronken! Helemaal verzopen en ten prooi gevallen aan grind- en zandwinning, gevolgd door recreatie. Diep onder de waterspiegel. Alleen hevige klimaatverandering met als gevolg extreme droogte zal de Rendonk/Rijndonk met de erbijhorende percelen weer boven water kunnen halen. Even geduld dus nog.

Vind je dit interessant? Lees dan ook: 

Geen opmerkingen: