maandag 2 juli 2012

Paalgraven ... een hangplek!


Met de Regiohistoricus op pad ...

Fragment kaart van Sgrooten (16de eeuw)

Voor automobilisten is Paalgraven het knooppunt van de A50 en A59 ten oosten van Oss. Liefhebbers van geschiedenis en archeologie focussen meer op de naam van het knooppunt. Deze verwijst naar de vele met paalkransen omringde grafheuvels uit de prehistorie die daar zijn blootgelegd. Bepaald geen plek voor hangjongeren - maar toch een hangplek?

Al in de jaren ’30 van de vorige eeuw waren nabij Zevenbergen - in de heide tussen Heesch, Oss en Schaijk - prehistorische graven aangetroffen. Daaronder natuurlijk het zogenoemde Vorstengraf van Oss, met het rijk versierde zwaard dat nu in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden berust. De aanleg van het snelwegenknooppunt Paalgraven midden in dit archeologisch reservaat was in eerste instantie een ramp, want grote delen van het bodemarchief zouden plaats maken voor wegen en viaducten. Maar gelukkig omvat dit soort megaprojecten sinds een aantal jaren ook de verplichting tot een grondig archeologisch onderzoek. Dat vond in 2004 plaats.

Grafheuvel bij Paalgraven (foto: Henk Buijks, BHIC)


Aan de voet van één van de aangetroffen grafheuvels werd een vondst gedaan uit een veel latere periode: de middeleeuwen. Er waren drie grafkuilen en in twee daarvan lagen skeletresten van een jonge man en een jonge vrouw. De handen van de jonge man waren mogelijk op de rug samengebonden. Volgens de onderzoekers betrof het waarschijnlijk gehangenen. De galg zou gestaan hebben op de nabijgelegen prehistorische grafheuvel, die nu dus een andere functie had gekregen. Deze executieplaats lag langs een karrenpad over de heide op een kruispunt van zandwegen, niet ongebruikelijk in die tijd.

Grote vraag was nu wie de galg had geplaatst. Eigenlijk kon het alleen de galg zijn van het Land van Ravenstein. Immers, de bewuste heuvel lag nabij de gemeentegrens tussen Oss (Berghem) en Landerd (Schaijk). Schaijk behoorde tot het Land van Ravenstein en de gemeentegrens van nu valt vrijwel samen met de oude grens tussen Brabant en Ravenstein. Reizigers die vanuit het westen dit gebied binnenkwamen, zagen dus meteen de galg, een teken dat in het Ravensteinse de wet werd gehandhaafd! Mooie theorie, maar bij het BHIC was allang bekend dat er ergens anders een galg van het Land van Ravenstein stond: aan de oostgrens van deze heerlijkheid bij Velp. Op 18e-eeuwse kaarten is de galg ook daar ingetekend. Patstelling dus? Toch niet…..

Fragment kaart Hattinga (1748)


In het kaartendepot van het BHIC ligt een map met reproducties van de kaarten van de Duitse geograaf Christiaan Sgrooten (ca 1532-1608). Deze stelde tussen 1557 en 1595 in opdracht van de Spaanse koning Filips II een tweetal atlassen samen met daarin onder andere kaarten van alle Nederlandse gewesten. Die zijn redelijk betrouwbaar, want Sgrooten reisde rond en deed veldwerk ter plaatse. Ik had deze kaarten nog nooit goed bekeken. Op het blad Noordoost-Brabant stond tot mijn grote verrassing tussen Heesch en Schaijk een tekeningetje van een galg met daarnaast “Ravesteins Gerycht”. De locatie is exact die van het knooppunt Paalgraven! Bij Velp had Sgrooten geen galg ingetekend. Kennelijk werden criminelen daar pas later ter dood gebracht en was Paalgraven dus in de (late) middeleeuwen de hangplek van het Land van Ravenstein.





Geen opmerkingen: