woensdag 6 februari 2013

En leefden ze nog lang en gelukkig?

Klik op de afbeelding om hem te vergroten (bron: DTB Veghel 26)

Als je oude trouwregisters doorbladert, dan springt je vaak toch slechts geluk in het oog. Lange opsommingen van stelletjes die elkaar hebben gevonden en samen het leven willen delen. Maar in het najaar van 1638 werd in het trouwregister van Veghel door de pastoor toch een trouwerij zónder lang en gelukkig einde ingeschreven: het feest ging namelijk niet door...

De inschrijving (zie boven) die deels in het Nederlands en deels in het Latijn - zoals in kerkelijke registers gebruikelijk - is opgeschreven, leest letterlijk:

Peter Dircx Heesackers ende Maria Hendriks,
ondertrouwt tot Boeckel door den Eerwaardige heer
pastoor van Erp. Ende zijn ongetrouwt gebleven.
Sij heeft eenen anderen getrouwt, ende hij sit bij zijn
voorgaende vrouwe suster in incaestu ut opinatur pro dolere
Et citatus non comparet; vereor sequetur fratrem suum
Arnoldum qui se ipsum laqueo ex arbore suspendit.

Het Latijn naar het Nederlands vertaald...

Peter Dircx Heesackers ende Maria Hendriks, ondertrouwt tot Boeckel door den Eerwaardige heer pastoor van Erp. Ende zijn ongetrouwt gebleven. Sij heeft eenen anderen getrouwt, ende hij sit bij zijn voorgaende vrouwe zuster in incest, zoals het gerucht gaat, o wat erg, wat een verdriet! En hij zal wel niet verschijnen als hij opgeroepen wordt; ik [de pastoor] vrees dat hij zijn broer Arnoldus, die zich zelf met een strop aan een boom opgehangen heeft, achterna zal gaan.

Misschien dat de pastoor Peter Dircx Heesackers aan de tand wilde voelen over de incest-relatie met zijn zuster? Maar toen deze, 'citatus' door de pastoor opgeroepen (bij de rechtbank zou het gedagvaard betekenen), niet kwam opdagen, vreesde de pastoor dat hij het lot van zijn broer, die zichzelf met een strop aan een boom had opgehangen, zou achternagaan!

In deze trouwinschrijving zitten verschillende werkwoordvormen in het Latijn in coniunctivus of aanvoegende wijs. Dat betekent dan zoveel als: 'het zou wel eens kunnen zijn dat...' De pastoor wist het dus ook niet precies, maar dacht er duidelijk het zijne van.

(Met dank aan vrijwilliger Antoon Vissers voor de tip, en aan archivaris Annemarie van Geloven voor het bestuderen van deze bijzondere inschrijving.)

Dit vind je vast ook interessant
- Geboren als Willems, sterven als Van den Broek
- Het is niet mijn broer...

6 opmerkingen:

Yvette Hoitink zei

Ik denk eerder dat hier bedoeld wordt "zijn voorgaende vrouwen suster", oftewel zijn schoonzus. Dat werd in die tijd ook als incest gezien.

BHIC zei

@Yvette: Bedankt voor het meedenken! Je opmerking stuur ik even langs Annemarie, want Latijn is voor mij... Latijn! ;-) Groetjes, -Christian

BHIC zei

@Yvette: Er staat volgens Annemarie inderdaad "vrouwe suster" maar zij had dat niet als schoonzuster opgevat. Wij hebben dus weer wat van je geleerd!

Ook collega Jan Sanders heeft zich trouwens nog eens over de tekst gebogen. En dat heeft tot nóg enkele kleine aanpassingen geleid, die in de blogpost zijn verwerkt.

Yvette Hoitink zei

@Bhic Leuk dat jullie mijn opmerking hebben verwerkt!
@Christian Dit was geen Latijn maar gewoon oud Nederlands :-)

Anoniem zei

Peter Dircx Heesackers was eerder, op 27-2-1631 getrouwd geweest met Meriken, dochter van Lambert de Roey. Dat was kennelijk een "moetje". Uit dat huwelijk waren geboren:
- 03-05-1631: Adrianus
- 01-06-1632: Maria
- 27-09-1633: Johanna
- 27-03-1635: Anna
- 14-05-1638: Johannes en Maria (een tweeling)

Zijn eerste vrouw overleed in het kraambed tijdens de bevalling van de tweeling, zonder toediening van de Heilige Sacramenten. In het najaar van hetzelfde jaar was sprake van de hiervoor genoemde ondertrouw die niet doorging.

Antoon Vissers

BHIC zei

Dank voor deze aanvulling, Antoon! Voor velen zeer waardevol.