woensdag 10 december 2014

De potjes op de schoorsteen

Anna's laatste wil...
Ze had het eigenlijk al te lang voor zich uitgeschoven, het moest er nu maar van komen, dacht Anna Adriana Gelpke Smits.  Nog voor haar overlijden wilde ze vastleggen wat er met haar belangrijkste bezittingen zou gebeuren. En daar had ze uitgesproken ideeën over…

Een korte gezinsschets: Anna was nu al zo’n twintig jaar weduwe en woonde nog steeds in Waspik, op huisnummer 125, later Dorp B 41 (nu: Raadhuisstraat 11). Haar man, Johan Frederik Gelpke, oud-apotheker in Waspik, was al in 1862 overleden. Het echtpaar Gelpke had vijf kinderen grootgebracht: twee zonen en drie dochters. Helaas stierven beide zonen op jonge leeftijd: Lambertus op 25-jarige leeftijd en Johan toen hij 18 jaar oud was. Hun dochters: Alida, Elisabeth en Lucia waren dus de overgebleven erfgenamen.

Nu was voor Anna dus het moment aangebroken om haar testament op te stellen. Na lang wikken en wegen en nadat ze de wensen van haar dochters zorgvuldig in kaart had gebracht, schreef ze het bovenstaande briefje aan notaris Middelkoop. Hij zou hier dan een officiële acte van maken.

De laatste wil van Anna
“Ik wil dat het lant naar mijn overlijden in drie paarten gezet zal worden en er om getrokken of geloot wordert, zoo ook met het postelijn het stel in de voorkamer voor de schoorsteen 5 komme met potjes of pullen postelijn moet Lucia vooruit hebben is altijd belooft. Ook moet Lucia de pianino hebben daar voor geeft zij f 100,- in den boel moet daar haar part ende te vrij hebben. Van het meublement kunnen zij er van delen of onderling verkopen de rest er mee handelen naar goedvinden.Mijn kleeren niet verkopen.”

De vijf kommen met potjes of pullen porselein had ze altijd aan haar jongste dochter Lucia beloofd. Deze potjes hadden een vaste plek in de voorkamer op de schoorsteen. Haar jongste was hier erg op gesteld en wilde ze dolgraag hebben. Anna zorgde er dus voor dat deze potjes buiten de erfenis bleven en nog voor de verdeling aan Lucia werden gegeven.
Dan was er nog de pianino (en klein soort piano), ook deze was voor haar jongste telg. Wel ging er dan een bedrag van honderd gulden af van haar erfenis. Het onroerend goed werd verdeeld in drie gelijke delen en zou door loting worden toebedeeld. De drie dochters mochten de overige bezittingen in het huis van hun moeder onderling verdelen, of verkopen. En haar kleren? Dat was weer een ander verhaal. Anna wilde in ieder geval niet dat haar kleren werden verkocht.

Notaris Middelkoop maakte de akte op 14 januari 1882 op aan huis bij Anna Gelpke Smits. Bijna acht jaar later, op 1 februari 1890 stierf zij in haar huis in Waspik.

De vijf potjes zullen wel naar Lucia zijn gegaan. Zij trouwde met notaris Jan Hendrik Zijnen de Gier. Lucia stierf in Teteringen in 1912. Zouden de vijf potjes, wellicht afkomstig uit de apotheek van Gelpke, nog in het bezit van deze familie zijn?


Margot America



Een serie Keulse potten die Anna misschien ook wel had. In die tijd werden ze gebruikt voor het inleggen van groente, vlees en eieren. Later kregen ze een decoratieve functie.

Bron:
Jac Jansen van de Heemkundekring “Op het Goede Spoor” in Waspik kwam bij een testament dit zelfgeschreven briefje tegen. Na enig speurwerk vond hij van wie dit briefje was. Wij willen hem hartelijk danken dat wij zijn vondst en deze ‘petite histoire’ met jou mogen delen op Brabant Bekijken.


Geen opmerkingen: