vrijdag 18 december 2015

Het verhaal van aangeschoten veldwachters

...impressie van landgoed Hattert...
Veldwachter, op dat beroep hoefde je vroeger niet echt jaloers te zijn. Hij probeerde de orde te bewaren tussen dat rauwe volk op het platteland dat een beetje respect had voor meneer pastoor maar weinig voor de handhaver der wet. Het ging vaak hard tegen hard.

Zoals in de nacht van zaterdag 4 op zondag 5 november 1905. Met zijn vieren slopen ze door de bossen. Vier veldwachters die moesten controleren of er werd gestroopt in de bossen van Smits van Hattert, de familie die het landgoed Hattert in Vierlingsbeek bestierde. En ja hoor, die nacht hadden ze succes. De vier veldwachters betrapten een stroper op heterdaad. De man was met een lichtbak in de weer. Een sterke lamp waarmee je het wild, hazen en konijnen, in het donker kunt verblinden. De dieren blijven meestal stilzitten en zijn dan een makkelijke prooi.

De betrapte stroper bleef echter niet stilzitten. Hij ging op de vlucht en schoot ondertussen met zijn hagelgeweer op zijn belagers. Twee hoeders der wet werden geraakt. Veldwachter Antoon Bus uit Vierlingsbeek kreeg een schot hagel in zijn enkel. De gemeenteveldwachter van Maashees, Huub Bouten, was er erger aan toe. Die kreeg een schot hagel in zijn been. Hij moest voor geneeskundige verzorging naar het hospitaal in Venlo gebracht worden.

De stroper ontkwam die nacht, maar hij zou toch zijn straf niet ontlopen. Al de volgende dag stonden de marechaussees bij hem op de stoep. Ondanks het donker hadden de veldwachters de snoodaard herkend. Het was immers iemand die nog niet zo lang geleden aan hĂșn kant van de wet had gestaan. De stroper heette Augustinus van der Heijden en woonde in Groeningen. Hij was een tijdje veldwachter geweest in Cuijk, maar had nu de stiel van zijn vader weer opgepakt: klompenmaker. Blijkbaar was daar onvoldoende mee te verdienen om zijn acht kinderen mee te voeden en stond er met enige regelmaat gestroopte hazenbout op het menu.

Tijdens de rechtszitting in Den Bosch werden niet minder dan twaalf getuigen gehoord. Onder wie drie doktoren en een wapen smid. Van der Heijden werd op 8 maart 1906 veroordeeld tot vier jaar cel. Wegens goed gedrag was hij na drie jaar weer vrij man. Veldwachter Bouten was toen, in 1909, al een jaar dood. Niet als gevolg van het schot in zijn been tijdens die tragische ontmoeting in het bos overigens. De gemeente Maashees en Overloon deed na zijn dood een oproep voor een nieuwe veldwachter. Ondanks het gevaarlijke beroep, kwamen er toch 48 sollicitanten op af. Vast en zeker gelokt door het geboden jaarloon: 400 gulden…

Dit verhaal is geschreven door journalist/schrijver Geurt Franzen (www.geurtfranzen.com) en verscheen eerder in dagblad De Gelderlander (www.dg.nl/maasland).
Vind je dit interessant? Lees dan ook:
Een overspelige dominee
Moord en martelingen in Breda

De beste verhalen via e-mail ontvangen?

Geen opmerkingen: