Posts tonen met het label Van Sasse Van Ysselt. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Van Sasse Van Ysselt. Alle posts tonen

woensdag 1 juli 2015

'Van Sasse' weer in bedrijf

Gemaal Van Sasse opnieuw geopend onder de tropische zon in Grave
Op vrijdag 12 juni 2015 beleefde Gemaal Van Sasse aan de monding van de Raam bij Grave zijn tweede officiële opening. De eerste had al in 1929 plaatsgevonden, onder de vlag van Waterschap De Maaskant, dat in 2004 opging in Waterschap Aa en Maas. Samen met de burgemeester van Grave verrichtte de dijkgraaf van Aa en Maas de openingshandeling.

Alexander van Sasse van Ysselt
Gemaal Van Sasse is gebouwd om een einde te maken aan de wateroverlast in het Land van Cuijk. Vooral het riviertje de Raam was daarvoor verantwoordelijk. Het bracht zuur Peelwater de regio in en mondde via de oude haven van Grave uit in de Maas.
Die monding voldeed niet meer en doordat bij de kanalisatie van de Maas bij Grave een stuw (met verkeersbrug) was gebouwd, moest het riviertje voortaan beneden die stuw, dus ten westen van Grave, uitstromen in de Maas.

Bij de nieuwe monding verrees in 1928-1929 een nieuw gemaal, voor een bedrag van 101.950 gulden. Naamgever was Alexander van Sasse van Ysselt, die van 1921 tot 1927 de eerste voorzitter was geweest van het toen pas opgerichte Waterschap De Maaskant.

Mis en noenmaal
Woensdag 29 mei 1929 tussen 9 en half 10 arriveert een groot aantal VIP's, onder wie de minister van Waterstaat bij de Elisabethkerk in Grave. Zij wonen een plechtige Mis bij, het eerste programmaonderdeel van de opening van Van Sasse.

Zou jij ook aan willen schuiven bij dit heerlijke noenmaal?

Daarna verplaatst de stoet zich naar het gemaal, dat eerst wordt ingezegend en dan pas officieel geopend. Na de "eerewijn", de bezichtiging en de fotoshoots is het hoog tijd voor de lunch, maar het programma maakt bovendien gewag van een "noenmaal", in Hotel Boggia aan de Burchtstraat in Nijmegen.

Broodjes en een wandelkaart
86 jaar later verloopt de opening enigszins anders. De gasten komen aan onder een brandende, tropische zon en vinden dankbaar onderdak in een tent, waar blowers de hitte temperen. Voor degenen die hun lunch moeten missen zijn er broodjes, maar vooral de gekoelde flesjes water zijn in trek.

Het feestelijke programma uit 1929, heel wat anders dan 86 jaar later!
Na een viertal korte presentaties in de tent volgt dan de openingshandeling bij het gemaal. De burgemeester van Grave mag een plastic koker uit het water naar boven halen. In de koker treft hij een wandelkaart aan met een route langs 'natte' bezienswaardigheden in en rondom Grave. Vervolgens kunnen de genodigden rondwandelen in en rondom het gemaal en de vistrap. Met de gang van zaken in 1929 nog in het achterhoofd constateert de lezer met mij dat er in 86 jaar heel wat veranderd is...

Geschreven door:
Henk Buijks

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
Eeuwige zwanenliefde 
Stort Uw zegen uit...


De beste verhalen via e-mail ontvangen?




maandag 29 september 2014

Boxmeer uitvinder van het Nederlandse carnaval

Het boek van Peer Meurkens, waarin hij stelt dat de eerste carnavalsoptocht in Boxmeer plaatsvond
Wie aan carnaval denkt, zal onmiddellijk denken aan steden als Maastricht of Den Bosch. Maar in Oeteldonk is de oorsprong van het carnaval niet te vinden, aldus antropoloog Peer Meurkens. In zijn boek ‘De GEKKEKAR komt uit Den Haag’ legt hij haarfijn uit dat de huidige carnavalstraditie haar oorsprong in het 19e eeuwse Boxmeer vindt.

De eerste carnavalsoptocht
De allereerste carnavalsoptocht van Nederland startte op maandag 27 februari 1854 in Boxmeer. Bedenker en initiator was jonkheer Louis van Sasse van Ysselt, tevens lid van de Eerste Kamer. Hij reorganiseerde het aloude Metworst rennen naar de ‘belaste hoeve’ in Vortum tot een echte carnavalsoptocht in een nieuw scenario vol satire en bespotting. Dat element was nog nooit vertoond. Op het Vortums Veld wordt sindsdien op elke carnavalsmaandag een heuse paardenwedren gehouden. Optocht en wedren zijn volgens Meurkens de oudste carnavalstraditie van Nederland – zonder concurrentie.

De uitvinder van de huidige carnavalstraditie: jonkheer Van Sasse van Ysselt
Volgens de overlevering stammen de Metworstrennen in elk geval uit 1740 en verwijzen mogelijk zelfs naar een Oud-Germaans vruchtbaarheidsritueel. Elk jaar organiseert de Boxmeerse vereniging  ‘De Metworst’ een paardenrace, waarin jonge vrijgezelle ruiters strijden om de schenking van een metworst. In de 15e eeuw heeft ene ‘Freule Aleida’ één van haar hoeves namelijk belast met de jaarlijkse schenking van een metworst, een wegge, een brood en een halve varkenskop, nadat Boxmeerse ruiters haar te hulp waren geschoten.

Politieke strijd
Deze Metworstrennen werden gebruikt door Eerste Kamerlid Boxmerenaar Van Sasse van Ysselt om zijn standpunt in de nationale politiek te verduidelijken. Zijn tegenstander, mr. J.B. Hengst, burgemeester van Boxmeer en ook lid van de Staten-Generaal, werd namelijk belachelijk gemaakt in de optocht.

Mr. Hengst was een vertegenwoordiger van de oude feodale rechten; de tienden, cijnsen en erfbelastingen, die uiteindelijk in 1872 werden afgeschaft. Ten tijde van de eerste carnavalsoptocht was deze kwestie echter nog lang niet opgelost en vaak onderdeel van uitvoerige debatten.

Strijd om de Tweede Kamerzetel van het Hoofdkiesdistrict Boxmeer was voor Jonkheer Van Sasse van Ysselt de directe aanleiding om Mr. J.B. Hengst in een carnavaleske afrekening aan te pakken. Van Sasse kon in parlementaire debatten waarin in 1850 de vraag aan de orde kwam of onder de nieuwe Grondwet een burgemeester lid kon zijn van de Tweede Kamer niet een meerderheid krijgen. Ook politieke kwesties als over de bevoegdheden van een burgemeester en het gemeentebestuur kon de jonkheer niet in zijn voordeel beslissen. Bij elke verkiezing voor de Tweede Kamerzetel (1850, 1853, 1856) moest Van Sasse van Ysselt het onderspit delven tegen plaatsgenoot mr. J.B. Hengst.
Als laatste middel om zijn rivaal onderuit te halen, nam jonkheer Van Sasse van Ysselt zijn toevlucht tot een carnavaleske optocht die droop van satire. Hij zette daarbij de aloude vrijgezellencompagnie in met het traditionele paardenrennen naar Vortum. Volgens Meurkens had deze strategie ten slotte succes. Mr. J.B. Hengst wilde in 1860 geen kandidaat meer zijn voor de Tweede Kamer - om vervolgens vanaf 1863 tot 1890 lid van Eerste Kamer te zijn, waar hij (de Eerste Kamer had slechts 39 leden!) nog 27 jaar op zijn zetel zou aanschuiven naast of dichtbij de zetel die tot 1883 door de andere Senator uit Boxmeer, Jonkheer Louis van Sasse van Ysselt werd ingenomen.

De GEKKEKAR
De route van de Metworstrennen
Een belangrijk onderdeel van de Boxmeerse optocht vormde de GEKKEKAR en juist hiermee werd Hengst voor het blok gezet. In deze kar werd namelijk de persoon die als een verliezer werd uitgebeeld vervoerd en op deze kar stond de spreuk: ‘Wij handhaven het recht onzer vaderen.’ Dit was een verwijzing naar Hengst, die in de Staten-Generaal hardnekkig de oude rechten had verdedigd, maar ten slotte een politieke nederlaag had geleden. De gek in het ‘theaterstuk’ van Van Sasse van Ysselt was ongetwijfeld zijn plaatsgenoot J.B. Hengst en hij werd volgens Meurkens zelfs  ‘gevloerd’ door de Metworst.

Plagiaat door Den Bosch!
Peer Meurkens laat ten slotte in zijn boek zien dat Boxmeer de oorsprong is van het moderne Nederlandse carnaval. Volgens hem werd de Boxmeerse optocht in 1882 door Den Bosch gekopieerd, omdat nogal wat leden van voorname Bossche families, die lid van de sociëteit waren, sterke familiale banden hadden met Boxmeer. De schrijver wijst ook op de opvallende gelijkenissen tussen de Oeteldonkse optocht van 1882 met het Boxmeerse prototype van 1854. Carnavalssteden als Den Bosch en Maastricht worden dus door Boxmeer afgetroefd: ‘De optocht is het alibi voor de massale viering van carnaval. In 1854 is het zo in Boxmeer begonnen en in 2014 gaat het nog altijd op deze wijze overal in carnavalvierend Nederland verder.’

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Saaie carnavalsfeesten in het Roomse Zuiden...
- Het ontstaan van carnaval in Haps