maandag 30 april 2012

Familiedrama in Boxmeer


En het vonnis luidt…



Ter gelegenheid van het online gaan van 6500 vonnissen en akten afkomstig van de vredegerechten Boxmeer en Ravenstein, schotelen we je hier een maand lang élke maandag een bijzondere zaak voor!


Familiedrama in Boxmeer

Neuzend in de stukken van het vredegerecht van Boxmeer kom je vonnissen tegen die je nieuwsgierigheid wekken. Zoals de overlijdensakte van Simon Johan van Steeland. Bij het gloren van de ochtend op 27 april 1822 wordt de 65-jarige Simon dood gevonden door zijn buurmannen, de 39-jarige Gerardus van Pietersom en de 47-jarige timmerman Willem Ambrosius, allen wonend te Boxmeer.

Rond tienen ’s ochtends staan de heren opgewonden op de stoep van het stadhuis om het vreselijke nieuws te vertellen en om aan te geven dat hun buurman op onverklaarbare wijze is overleden. Omdat er natuurlijk onzekerheid bestaat over de doodoorzaak wordt meteen schouwarts J.G. Koch gealarmeerd. Deze haast zich naar het huis van Simon Johan om het stoffelijk overschot te onderzoeken. Het lichaam wordt ter plekke opengesneden. Dan wordt vastgesteld dat Simon Johan van Steeland waarschijnlijk zelfmoord heeft gepleegd.

Saillant detail is trouwens dat de schouwarts op zijn declaratie als schouwdatum 26 april 1822 heeft opgetekend, terwijl in de overlijdensakte toch echt gesproken wordt van 27 april 1822. Aangenomen wordt dat de arts zich bij het declareren dus een dag vergist heeft óf dat ze een dag later aangifte deden.

Declaratie van schouwarts J.G. Koch te Boxmeer aan het vredegerecht Boxmeer wegens o.a. schouwen lijk J. Steenland en operatie van het lijk op 26 april 1822

Maar wie was Simon Johan van Steeland eigenlijk? Als oudste kind komt hij op 18 juni in 1757 in Den Haag ter wereld als zoon van Johan Frederik van Steeland en Johanna Albertina Schopman.

Pa van Steeland was niet de minste en had zijn sporen reeds verdiend als fiscaal advocaat en Procureur Generaal van Brabant. Uit alle familiestukken blijkt dat zijn zoon, Simon Johan dus, in de voetsporen van zijn vader loopt en ook kiest voor een juridische functie. Hij trouwt met Cecilia Geertrui Mackenzie en krijgt met haar een zoon die - wat in die tijd gebruikelijk is - ook de naam Johannes draagt en ook advocaat wordt. Verder blijkt dat hij al jaren renteniert en er dus zogezegd warmpjes bij zit.

Overlijdensakte van Simon Johan Steeland van 27 april 1822 van de gemeente Boxmeer

Alle ingrediënten lijken bij Simon aanwezig om samen met zijn Cecilia gelukkig oud te worden, zou je denken. Het blijft dan ook gissen naar de reden waarom hij zelfmoord heeft gepleegd. Miste hij zijn Cecilia? Uit de overlijdensakte blijkt namelijk dat hij weduwnaar was…
Aannemelijk is dat het te maken heeft met een andere verdrietige gebeurtenis die zich onlangs heeft voorgedaan in zijn leven. Op 5 april 1822, slechts drie weken vóór de zelfmoord van opa Simon Johan, overlijdt zijn dierbare kleinzoon en naamgenoot Johan Simon Frederik. Het kindje is dan pas acht maanden oud.

Het wapen van de familie Van Steeland. Wapen: in rood een zilveren dwarsbalk, beladen met vier, horizontaal afgesneden, blauwe schuinkruisjes. Wapenvoerder: Johan Frederik van Steeland, fiscaal advocaat en Procureur Generaal van Brabant, benoemd in 1770

vrijdag 27 april 2012

Wie bedroog wie in het Englandspiel?

Haarendael, een belangrijk gebouw bij deze operatie
Het Englandspiel klinkt onschuldig maar niets is minder waar. Het was de naam van een Duitse operatie in de Tweede Wereldoorlog waarbij zowel Engelsen als Duitsers gebruik maakten van een zender, daarbij (uiteindelijk) proberend elkaar valse informatie te sturen.

In Haaren wordt zaterdag 12 mei met een tentoonstelling stil gestaan bij deze operatie. Haaren is direct betrokken bij deze geschiedenis omdat veel betrokkenen vast zaten in het tot gevangenis omgebouwde Grootseminarie.

Via de zender wilde Engeland op de hoogte blijven van de situatie in het bezette Nederland. Toen de Duitsers erin slaagden de verbinding "over te nemen" was hun belang de Engelsen te misleiden met onjuiste informatie. Toen de Engelsen ontdekten dat de Duitsers de verbinding hadden overgenomen, verspreidden zij op hun beurt onjuiste informatie. Dit om hun plannen, zoals de invasie van juni 1944 in Normandië, geheim te houden.

complex Haarendael vanuit de lucht gezien
Wie bedroog wie, de Duitsers de Engelsen of de Engelsen de Duitsers? Dat is omstreden en blijft onderwerp van nadere bestudering. De reden dat veel opgepakte agenten, die bij het Englandspiel betrokken waren, in Haaren werden vastgezet, was dat het gebouw van het groot seminarie afgelegen was. Het mocht niet te bekend worden dat er agenten waren opgepakt want dat bericht zou ook in Engeland terecht kunnen komen. Nadat de agenten langdurig waren ondervraagd in Haaren kwamen ze in een ander kamp terecht, in Rawicz. Uiteindelijk werden er veel gruwelijk vermoord in het beruchte kamp Mauthausen in Oostenrijk. Twee agenten wisten uit Haaren te ontsnappen en uiteindelijk Engeland te bereiken.

Met deze tentoonstelling in Haarendael wordt een beeld gegeven van deze operatie. Zo worden parachutes, kleding van agenten, ontvangst- en zendapparatuur en een container getoond. In de vitrines ziet men boeken, originele dagboeken, andere persoonlijke voorwerpen van de agenten. Meer informatie en aanmelden hiervoor kan via deze site.

woensdag 25 april 2012

Waar liep de spoorlijn naar Kamp Vught?

gevangenis van Kamp Vught
Nationaal Monument Kamp Vught zoekt foto’s van het spoorlijntje dat de Duitse bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog aftakte van de lijn ‘s-Hertogenbosch-Tilburg. De lijn liep over de Vughtse heide en kwam uit in Kamp Vught. In de omgeving van het herinneringscentrum zijn de sporen van deze spoorlijn nog nauwelijks te zien.

Nationaal Monument Kamp Vught heeft plannen om op een of andere wijze delen van dit spoortracé weer zichtbaar te maken in het landschap. Dat zou kunnen door bijvoorbeeld op enkele plekken een stuk rail terug te leggen, met informatie over de geschiedenis van deze spoorlijn. Daarvoor is informatie nodig en vooral foto’s. Wie foto’s heeft kan deze mailen naar: info@nmkampvught.nl, ter attentie van Jeroen van den Eijnde. Bellen kan ook: 073-6566764.



deel van Kamp Vught
Via de spoorlijn werden vliegtuigwrakken aangevoerd die in het kamp gedemonteerd moesten worden. Ook zijn er drie transporten via deze lijn vertrokken naar Auschwitz, Sachsenhausen en Ravensbrück. De initiatiefnemers weten zeker dat tot eind jaren veertig de spoorlijn nog in het landschap aanwezig is geweest. Vughtenaren gingen wandelen op de Vughtse heide en lieten zich soms fotograferen op of bij de lijn. Wie heeft daar foto's van? Neem dan contact op met Nationaal Monument Kamp Vught, 073-6566764.

maandag 23 april 2012

BHIC zet ruim 6500 schatten online!


Dagvaarding van de getuigen Adrianus Potjes en Reinier van Tongeren om "in persoon te verschijnen ten einde getuigenis der waarheid te geven omtrent de daadzaken en omstandigheden..."
 
Waarom veroorzaakte de 53-jarige werkloze Willem van Hoogstraten uit Ravenstein op 28 mei 1826 onrust in zijn buurt? Het was niet de eerste keer dat deze heetgebakerde Ravensteiner over de schreef ging. De echte reden weten we niet, maar wel wat het vonnis luidde op die zonnige dag op 2 juni 1826: een boete van vier gulden of een gevangenisstraf van vijf dagen in de toren van Megen. Een interessante kwestie en dat is er maar één van de 6500 vonnissen en akten die nu online te vinden zijn op de BHIC-site.

Het BHIC heeft de index op de archieven van de vredegerechten op zijn site uitgebreid met ruim 6500 vonnissen, akten en uitspraken afkomstig van de vredegerechten Boxmeer en Ravenstein. Dit dankzij een gift van de Nederlandse Genealogische Vereniging (NGV) afdeling Land van Cuijk en Ravenstein. Ben je stamboomonderzoeker dan zijn deze vredegerechten een belangrijke bron, want je vindt hierin achtergrondinformatie uit het dagelijkse leven van personen.

Het BHIC heeft de vonnissen van 6 van de 24 vredegerechten die Noord-Brabant tussen 1811 en 1838 telde online staan op www.bhic.nl/vredegerechten, namelijk van Boxmeer, Eindhoven, Gemert, Grave, Ravenstein en Roosendaal. Van de 15.000 akten hebben er 6.500 betrekking op Boxmeer (4000) en Ravenstein (2500).

Maar wat zijn vredegerechten eigenlijk? Het zijn de voorlopers van de huidige kantongerechten, de laagste rechtbanken dus. Ze zijn afkomstig uit het Franse rechtstelsel en zijn in Nederland ingevoerd tijdens de inlijving bij Frankrijk. Voor het grootste deel van Brabant vond dat in 1811 plaats. In 1838 zijn de vredegerechten opgeheven. De vrederechter was bevoegd voor lichte vergrijpen en eenvoudige administratieve handelingen. Hij behandelde eenvoudige dorpsruzies, openbare verkopingen en voogdij aanstellingen, maar bijvoorbeeld ook zelfmoordzaken.

Een waardevolle informatiebron als je meer over je voorouders te weten wilt komen! Je kunt de index doorzoeken via www.bhic.nl/vredegerechten en de stukken aanvragen via de studiezaal van het BHIC.

Ten slotte willen wij Wim Jaegers van de NGV afdeling Land van Cuijk en Ravenstein hártelijk danken voor zijn medewerking om deze stukken digitaal aan te leveren en aan het BHIC beschikbaar te stellen. Hierdoor zijn deze historische bronnen voor iedereen gemakkelijk te doorzoeken.

En het vonnis luidt…




Ter gelegenheid van het online gaan van 6500 vonnissen en akten afkomstig van de vredegerechten Boxmeer en Ravenstein, schotelen we je hier een maand lang élke maandag een bijzondere zaak voor!








vrijdag 20 april 2012

Monnikenwerk

Een compilatie uit het archief van Hein Mandos (BHIC)

Wie zijn werkkamer ooit heeft bezocht moet gedacht hebben dat Hein Mandos een ouderwetse kamergeleerde was: overal boekenrekken en kaarten bakken, tijdschriften en losse briefjes. Zijn huis was zijn werkkamer, maar zijn wereld was heel wat groter.

Met contactpersonen over heel de wereld had hij een netwerk opgebouwd dat hem moest helpen aan gegevens over het onderwerp waarop hij misschien ooit nog eens zou gaan promoveren: spreekwoorden.

Hein Mandos tijdens een lezing (collectie Hein Mandos, BHIC)

Naast het leraarschap, dat hij met verve en grote bekwaamheid bekleedde, was Mandos vooral bekend als heemkundige, volkskundige en als expert op het gebied van Brabantse dialecten en spreekwoorden. Hein Mandos, geboren op 4 november 1907, had een brede belangstelling voor met name twee aspecten: taal en geschiedenis. Wat doen en deden de Brabanders en hoe zien we de neerslag in onze taal daarvan? Hij en zijn vrouw Miep hebben hierin ontzettend veel energie en tijd gestopt. De kaartenbakken vormden de stille getuigen daarvan. De niet-stoffelijke getuigen bestonden uit zijn functies in het culturele leven in Noord-Brabant en de rest van het oude hertogdom. Zo was hij een van de oprichters van de Heemkundige Studiekring Kempenland, hielp hij andere heemkundekringen mee opzetten en was hij vele jaren lang voorzitter van de overkoepelende Stichting Brabants Heem en bestuurslid bij het Provinciaal Genootschap.

Miep Mandos-Van de Pol signeert een exemplaar van het boek De Brabantse Spreekwoorden (collectie BHIC)





Zijn weduwe Miep wijdde de rest van haar leven aan de voltooiing van Heins levenswerk. Samen met een groep gelijkgezinden richtte zij de Hein Mandosstichting op om het geesteskind van haar man toch nog het levenslicht te laten zien. De financiën voor de publicatie werden geregeld en op 24 november 1988 werd het eerste exemplaar van De Brabantse Spreekwoorden gepresenteerd. De weduwe Mandos-van de Pol liet bij testament de door Hein en haarzelf vergaarde collectie taalkundig en volkskundig materiaal en hun zeer uitgebreide bibliotheek na aan het BHIC. Interesse? Maak een keer een afspraak met onze studiezaal en kom een kijkje nemen. Hier nog meer over Hein Mandos.

De drs. Hein Mandosplaats in Waalre 

woensdag 18 april 2012

Twintig sterke mannen verplaatsen molen

Een tunnelbak van 2,5 miljoen ton, zestien meter lang en 31 meter breed werd afgelopen weekend in Oss over een afstand van zeventien meter verplaatst. Voor deze megaklus werden zogeheten vijzels gebruikt, speciale werktuigen. Verplaatsen van grote objecten gebeurde vroeger ook. Maar dan met behulp van sterke mannen.

Ruud van Nooijen stuurde pas geleden ons dit verhaal: over de verplaatsing van de windmolen in Boxtel. De windmolen en het bijgebouw bij het Smalwater in Boxtel werden in 1819 ruim één kilometer verplaatst. Volgens de overlevering werd er in de molen een glas water geplaatst en was er geen rimpeling te zien, zo geruisloos ging de verplaatsing. Hoe kregen ze dat voor elkaar?

Adriaan Hombergen (Beugen, 15 mei 1769) was meester molenmaker, graanverkoper en kroeghouder. Maar er was nog iets dat hij kon: het verplaatsen van complete bouwwerken. Onduidelijk is waar en van wie hij die techniek heeft geleerd. Het is dan ook verbazingwekkend dat een Brabantse molenmaker een dergelijk huzarenstukje uithaalde. Maar zijn reputatie moet bekend zijn geweest want Hombergen werd door de directie van de Boxtelse papierfabriek benaderd met het verzoek de windmolen en het bijgebouw te verplaatsen. Dat was doorgaans voordeliger dan de boel afbreken en verderop weer op te bouwen.

Om de windmolen te kunnen verplaatsen, werd het terrein eerst ontdaan van obstakels en oneffenheden. Met rondhout, balken, zogeheten kaapstanders (oftewel verticale lieren) én twintig sterke mannen werd de verhuisoperatie uitgevoerd. Bij iedere kaapstander stonden vier mannen die op commando de spaken van de kaapstander begonnen rond te draaien, waardoor héél langzaam de kabel zich om de spil van de kaapstander wond en tegelijkertijd de zware vracht op de slede over de rollers voortbewoog. Dit gebeurde onder het oog van vele belangstellenden van binnen en buiten Boxtel. Er waren zelfs toeschouwers die de molen binnengingen terwijl deze werd voortgesleept. Als de beschrijvingen juist zijn, liet men – ook tijdens de verplaatsing – de wieken draaien. Op de zolder van de molen plaatste men een glas water dat zelfs geen rimpeling vertoonde.

De klus duurde van donderdag 26 augustus tot vrijdag 8 september. Hombergen werd lof toegezwaaid voor zijn kunde en bekwaamheid, alsook de bedaardheid en zekerheid waarmee hij de operatie had geleid. Wat het allemaal heeft gekost, is nu onbekend. Maar een paar jaren later klaart Hombergen een vergelijkbare klus in Schijndel, met het verplaatsen van de korenmolen.

maandag 16 april 2012

Vele handen maken licht werk...

De dames Van Kessel en enkele buurmeisjes staan klaar om de gasten te ontvangen
Catering, een apart woord eigenlijk als je er langer over nadenkt. Natuurlijk heette het in de jaren vijftig van de twintigste eeuw niet zo, en zeker niet op het Brabantse platteland. Maar het werk dat cateringbedrijven nu verrichten, bestond allang ook in de boerendorpen. Alleen ging het toen misschien meer in de richting van burenhulp, al kregen deze meiden zeker een leuk zakcentje mee. 

De stemming zat er hier in elk geval goed in, maar daar zal het zomerse weer zeker toe bijgedragen hebben. Eén van onze webbezoeksters herinnert zich dit moment nog als de dag van gisteren: “We hielpen hier mee omdat mijn neef, Henk van Kessel, zijn priesterfeest vierde. Dat was in 1952. Bij dit soort gelegenheden werden altijd alle dames in onze familie ingeschakeld. Een zaaltje afhuren was er in die tijd niet bij. We vierden het feest gewoon op het erf van de boerderij, gelegen aan de Dintersehoek in Vorstenbosch. Daar was toch genoeg ruimte. Het was gezellig en samen konden we die klus wel klaren”, aldus Mevrouw Aarts-Van Kessel uit Sint-Oedenrode.

Wat er van Henk van Kessel geworden is? Hij is later ingetreden bij de Witte Paters en zit voor zover wij weten nog steeds in de missie in Zambia. Opmerkelijk is trouwens dat uit dit gezin maar liefst vijf jongens priester zijn geworden.

Kijk voor foto's en verhalen over Heeswijk ook eens in het het digitale geschiedenisboekje.

vrijdag 13 april 2012

Scheepswerf Grave door de jaren heen in beeld

...beeld van de scheepswerf met daar achter Grave (1982)...
De toekomst van de scheepswerf in Grave hangt aan een zijden draadje. Door de verminderde vraag naar nieuwbouw en reparatie van schepen verliezen zestig werknemers mogelijk hun baan. Vandaag wordt verder over het lot van het bedrijf beslist.

De werf kan namelijk wel een opdracht van veertig miljoen euro krijgen voor de bouw van twee passagiersschepen van 135 meter lang. Burgemeester en wethouders willen hiervoor geen toestemming geven omdat de huidige vergunning alleen schepen van maximaal 110 meter toe staat. Inmiddels heeft ook minister Verhagen laten weten dat het belangrijk is deze mensen aan het werk te houden. Of dat gaat gebeuren, moet vandaag tijdens een speciale raadsvergadering duidelijk worden.

Wat de uitkomst van de vergadering ook mag zijn, de foto's van de scheepswerf blijven bewaard. Sinds 1957 is de werf in Grave gevestigd maar heel vroege foto's hebben we niet. Kijk mee naar beelden van de scheepswerf uit de jaren zeventig, tachtig en negentig.

...1970: de nieuwe haven met op de achtergrond de werf...
...1986: zicht op de keermuur (links) en de werf (achter)...
...1992: aan het werk op de werf....

woensdag 11 april 2012

Zweeg Willem van Oranje toen hij stierf?

...twitteraccount van Willem van Oranje, anno 2012...
Nee, het zou zeker zijn dag niet woorden, die tiende juli 1584. Maar wàt heeft Willem van Oranje nu precies gezegd, vlak voordat hij het leven liet? Ruim vierhonderd jaar later buitelen experts over elkaar over de vraag of er wel woorden over de lippen van Willem de Zwijger zijn gekomen.

"Mijn God, Mijn God, heb medelijden met mij en met dit arme volk". Eeuw na eeuw is er tijdens geschiedenislessen verteld dat dat de laatste woorden van Willem van Oranje waren, vlak voordat hij zijn laatste adem uitblies. Totdat Erfgoed Delft en het EO-programma Blauw Bloed met moderne forensische onderzoeksmethoden de moord nog eens reconstrueerde. De conclusie: de door Balthasar Gerards afgevuurde loden kogels zouden een niet gering gedeelte van de linkerzijde van het hart van de prins hebben afgescheurd. De dood moet onmiddellijk hebben ingetreden.
Niet waar, reageren nu specialisten van het Forensisch Medisch Expertisecentrum (Formedex) in Amsterdam. Zij vinden het oordeel discutabel. Want als de bloedsomloop acuut stopt, duurt het gewoonlijk ongeveer 10 seconden voordat het slachtoffer bewusteloos raakt. In die periode bevindt zich nog genoeg zuurstof in het bloed en de weefsels van de hersenen om bij bewustzijn te blijven en eventueel nog een paar woorden te zeggen. En dus kan Willem dit nog wél hebben gepreveld.

Laatste woorden van staatsmannen gaan vaker een eigen leven leiden. Benieuwd hoe het zit met laatste woorden en mythevorming? Kijk dan naar deze bijdrage van historicus Fik Meijer.

maandag 9 april 2012

Terug in de tijd met René in... Volkel!

100-jarig Bestaan parochie H. Antonius Abt in Volkel, 1955
Het BHIC strijkt donderdag 12 april in Volkel neer. In zaal Stevens vertelt René Bastiaanse, samen met regiohistoricus Henk Buijks, op een vermakelijke manier over de historie van de gemeente Uden en allerlei aanverwante zaken. Deze avond duurt van 20 tot 22.30 uur.

Henk vertelt meer over de verhalen achter straatnamen van de gemeente Uden. Met de 'Petje op, petje af'-quiz krijgen bezoekers historisch beeld en geluid uit onze Udense archieven te zien en stelt René hierover uiteenlopende vragen. Bezoekers hebben tijdens deze avond zelf ook een belangrijke rol. Ze kunnen oude foto's meenemen die op een groot scherm worden vertoond. Aan de hand hiervan worden herinneringen opgehaald en informatie uitgewisseld.

Wist je trouwens dat je op onze site een heleboel leuke filmpjes uit Volkel kunt zien? Mooie alledaagse beelden waarop je kunt zien hoe vroeger de emmer gewoon onder de snelbinders werd meegenomen of hoe verrukt mensen waren met een persoonlijke brief. Duik mee in de jaren vijftig en klik hier.

Veel plezier. Enne... vergeet je donderdag je foto's niet mee te nemen?

vrijdag 6 april 2012

Eerste Paasdag: Actie Wilhelminaboom!

Essche jongeren in actie op Eerste Paasdag 1973 in Esch (foto: Christien Pijnenburg)
“Oké, het heeft niet echt met Pasen te maken, maar het gebeurde wel degelijk op eerste Paasdag” schreef webbezoeker Christien Pijnenburg ons een poosje geleden. “In 1973 ongeveer een week voor Pasen besloot de Essche gemeenteraad zonder enig overleg met de buurt om de oude Wilhelminaboom te kappen. Deze mooie boom, die al jaren voor de Essche kerk had gestaan, zou verrot zijn en een obstakel voor het drukke verkeer in de Dorpsstraat.”

“Een paar jongeren uit Esch, waaronder ikzelf, vond dit maar niks en op Eerste Paasdag, ruim voor het begin van de hoogmis, plaatsten we een alternatieve boom op de inmiddels lege plek. Deze actie leverde veel positieve reacties op en we haalden zelfs de krant. Burgemeester Walboomers kon niet anders dan beloven dat er een nieuwe boom zou komen (maar helaas hebben we die nooit gezien).”

“De actie ‘Wilheminaboom’ was het begin van een aantal contacten en gesprekken met het Essche gemeentebestuur. Dat inspireerde ons clubje (variërend in de leeftijd van 15 tot bijna 20 jaar) om door te gaan als ‘Jongeren-Aktie-Groep’ (JAG). We mochten op de zolder van het oude raadhuis een soort clubgebouw inrichten, 'de soos'. Elke woensdagavond kwamen we bij elkaar om allerlei acties voor te bereiden, zoals wandeltochten, sportwedstrijden en vieringen in de kerk.”

Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1982 deed de Jongerenlijst mee als Lijst 3: (staand v.l.n.r.: Corrie van Kasteren, Frans van de Langenberg, Christien Pijnenburg, Harrie Smits, Gerrit van Brunschot, en (gehurkt v.l.n.r.) Marina van der Rijdt, Andre van Kreij, Henk Vorstenbosch, Jan van Gerven en Bert Witlox (foto: Christien Pijnenburg).
In 1974 kwam uit deze groep de politieke Jongerenlijst voort. Je kunt je voorstellen dat die bij de gemeenteraadsverkiezingen voor een ware aardverschuiving binnen de Essche politiek zorgde. Sterker nog: de nieuwe partij haalde meteen twee zetels en mocht zelfs een wethouder leveren. Maar door onervarenheid en jeugdige naïviteit slaagden de partij er natuurlijk niet in de zittende raadsleden binnen zijn gelederen te houden.

Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1982 deed de Jongerenlijst mee als Lijst 3. Als lijsttrekker trad Christien Pijnenburg toen op, samen met Jan van Gerven. Christien: "We waren beiden inmiddels oud genoeg om zelf gekozen te worden. De Jongerenlijst is blijven bestaan tot en met de gemeentelijke herindeling van 1996. De partij ging op in Samenwerking ’95.”

De grootste publiekstrekker: het dames voetbalelftal: Achterste rij v.l.n.r. Sjan van Kasteren, Francien van Schijndel, Mieke van Kreij, Marietje van Dijk, Corrie van Kasteren, Marleen van Gerven en Tini Konings. Voorste rij v.l.n.r.
Corrie Scheutjes, Lia Pijnenburg, Willie Nouws, Alie Heyerman en Marie-José den Ouden. (foto: Christien Pijnenburg)

“De JAG had zijn stamcafé in "Het Essche Trefpunt" tegenover het oude gemeentehuis. Daar werd mede door de JAG het café-voetbalelftal "De Trefpunters" opgericht. De grote publiekstrekker was het dames-elftal onder leiding van coach Tini Konings.”

“Het waren fantastische tijden”, aldus Christien Pijnenburg. "Regelmatig als ik bij de plek kom waar vroeger de Wilhelminaboom stond, krijg ik een glimlach op mijn gezicht. Die actie heeft bij ons, de jeugd van toen, toch heel wat teweeggebracht.”

woensdag 4 april 2012

Perfecte tekeningen van een ‘geniale’ dienst

“Teekening van het wachthuis op het terrein ‘Kijk in de Pot’ nabij Bergen op Zoom, van de Genie 3e Commandement, Bergen op Zoom 10 october 1893”
Tja, het is jammer dat ze niet allemaal bewaard zijn gebleven, want de tekeningen en registers van de Genie in Noord-Brabant zijn bijna even monumentaal als de gebouwen en werken waar ze voor gemaakt zijn. In het BHIC zijn deze tekeningen en registers te raadplegen.
 

Het Wapen der Genie was belast met populair gezegd ‘het zand en de stenen’. Met andere woorden: ontwerpen, bouwen en onderhouden van gebouwen en vestingwerken zoals kazernes, militaire scholen, magazijnen en verdedigingslinies. De formele opdrachtgever, die ook het ontwerp beoordeelde, was tot 1795 de Raad van State daarna de Minister van Oorlog. De aannemers waren in het algemeen lokale ondernemers. Werd er in de burgermaatschappij vaak niet zo nauw gekeken bij het ontwerpen en tekenen, in het leger was het precisiewerk. Dat is aan de tekeningen te zien. Het zijn in hun soort vaak fraaie kunstwerken. In het BHIC bevinden zich zo’n 1300 bouwtekeningen uit de periode 1735 – 1979. Jammer dat er ook veel verloren is gegaan.

De onderzoeksmogelijkheden van de tekeningen zijn trouwens legio, bijvoorbeeld voor onderzoek naar de bouwhistorie van een pand of naar de gebruikte bouwmaterialen en de voorwaarden waaraan deze moesten voldoen. Ook de genieregisters zijn een onmisbare bron als je geïnteresseerd bent in de (bouw)geschiedenis van militaire werken. In deze ‘registers voor de dienst der Genie’ zoals ze officieel heten, werden alle militaire werken in het ressort zo volledig mogelijk in hun onderdelen beschreven. Alles werd verduidelijkt met behulp van tekeningen.

Belangstelling? Dan wil je vast weten welke registers van militaire werken je in het BHIC kunt raadplegen. Dat zijn die van onder meer Breda, Dordrecht, ’s-Hertogenbosch, Middelburg en Willemstad.

maandag 2 april 2012

Bommelding in St. Tunnis

...de actieposter...
Met een Volkswagenbusje en een Kever werd in 1970 het raadhuis in Sint Anthonis 's nachts bewaakt. Er was een bommelding gedaan en de politie hield het gebouw nauwgezet in de gaten.

Aanleiding waren de sloopplannen voor het raadhuis. Er werd ook op een andere manier geprotesteerd. Met posters. "Tast onze schone Brink niet aan, laat het oude raadhuis staan." Henk van Gelder stond, samen met een aantal andere "actievoerders", op de trappen van het raadhuis in St. Anthonis. Samen met Jan van Goch die destijds de acties nauwlettend voor de krant volgde, blikken de heren ruim veertig jaar later terug. Veel mooie herinneringen aan een roerige tijd. Maar het raadhuis haalde het niet.


Hoewel het 42 jaar geleden is dat er actie werd gevoerd voor het behoud van het pand, diept Henk van Gelder thuis moeiteloos het originele affiche weer op uit een la. Ook de verhalen over de acties blijken nog vers in het geheugen te liggen. Jan van Goch: "In 1968 schreef ik dat sloop van het oude raadhuis wel eens aan de orde zou kunnen zijn. Hoongelach was mijn deel. En twee jaar later werd het werkelijkheid."

...actievoeren voor het raadhuis...


Hoofdrolspelers in de kwestie rond het raadhuis waren burgemeester J. Jans en de wethouders J. Teunissen en P. Cornelissen. Burgemeester Jans was een formele burgemeester, daar zijn Van Gelder en Van Goch het over eens. Maar ook iemand die stond voor zijn zaak. Bovendien had het gebouw ook z'n beperkingen. Het was oud en te klein voor de groeiende gemeente. Er moest iets gebeuren. Maar wat?

Maar een aantal mensen maakte zich echt druk over de toekomst van het markante pandje. Hoewel de bommelding uiteindelijk niet meer dan een wekker bleek te zijn. "Die bommelding kwam uit een andere hoek dan ons actiegroepje. Zij liftte mee op wat wij deden."

...politiebewaking bij het raadhuis...
Maar de acties blijven zonder gevolg want uiteindelijk gaat het raadhuisje toch snel om. "En toen het nieuwe gemeentehuis in 1972 openging, heb ik een bloem gebracht. Sommige mensen vonden dat raar omdat ik me zo sterk had verzet tegen de sloop. Maar het is allemaal democratisch gegaan. Ik heb eerlijk gestreden en verloren. En me daar bij neergelegd, dat moet je dan ook doen. Het is niet zo dat we tegen nieuwbouw waren, we wilden gewoon het raadhuis behouden", besluit Van Gelder.


Wil je meer weten? Hier staat het hele verhaal over het raadhuis van St. Tunnis.