maandag 31 december 2012

Gelukkig hebben we de foto's nog...

Ja, het is echt waar: er is bijna alwéér een jaar om! Heb je af en toe ook het idee dat je links en rechts wordt ingehaald door de tijd? Dan hebben we een geruststellende mededeling: gelukkig hebben we de foto's nog... Kijk maar mee met een paar mooie winterse plaatjes.

...1928-1929: met de auto op de bevroren Maas in Grave...
...1933: op de arrenslee door Vught...
...1960: winters landschap in de Lindenlaan in Veghel...
Zin in meer? Ga dan naar onze site en duik in onze foto-albums!

vrijdag 28 december 2012

Schaatsen op schoepen

...Schaatsers op een prent uit 1520...

Tijdens de winter van 1534-1535 vroor het hard genoeg in Noordoost Brabant om op weteringen en sloten te kunnen schaatsen. De 16-jarige Loy Goessens uit Maren wilde dat ook wel, maar hij had geen schaatsen. Maar voor een slim iemand met twee rechterhanden was daar wel een mouw aan te passen...
...schoepen van een rad...

Vanwege de vorst stond het scheprad van de watermolen in Gewande stil. De houten schoepen daarvan waren vastgezet met grote ijzeren nagels. Die waren uitermate geschikt om er schaatsen van te maken en voor Loy bleek dat een koud kunstje!

Op een donkere avond sloop hij met twee 12-jarige kornuiten uit de buurt naar de molen. Loy had een zware ploeghamer bij zich. Daarmee sloeg hij enkele schoepen van het rad los. De nagels vielen eruit, maar doordat ze op het ijs terechtkwamen, raakten de jongens ze niet kwijt. Met hun buit aan ijzerwerk toog het drietal huiswaarts. De volgende dag maakte Loy primitieveschaatsen van de nagels en vervolgens konden de drie jongens de blits maken op het ijs. Maar de lol was van korte duur...

...gevangenpoort Den Bosch...
Loy had de ijzers nog maar enkele uren onder, toen de molenaar ontdekte dat er enkele schoepen van zijn rad ontbraken. Diezelfde dag nog lekte uit wie de schuldige was. De arme Loy werd opgepakt door gerechtsdienaars uit ’s-Hertogenbosch, die hem opsloten in de Gevangenpoort in de stad.

Zijn misdrijf was ernstig: hij had moedwillig schade toegebracht aan een molen die onder de bescherming stond van de keizer. Gelukkig werd al snel duidelijk dat Loy zich daarvan niet bewust was geweest, toen hij de schoepen sloopte. Hij wilde alleen maar schaatsenmaken.

De Bossche schepenen hadden compassie met de Marenaar, met name vanwege zijn leeftijd. Hij kwam er “goed” van af. Benieuwd wat de arme Loy boven zijn hoofd hing? Lees het einde van dit verhaal dan verder op onze site...

dinsdag 25 december 2012

Och, kiendje toch...


Kerststal in de Lambertuskerk in Haaren (1962)
Vol trots stuurde Elly Schouten ons haar kerstgedicht dat in de prijzen is gevallen. En omdat het Kerstmis is, delen wij dit graag met jullie. Het BHIC feliciteert Elly met haar mooiste dialect kerstgedicht van Brabant. 


Och, kiendje toch…
 
Vur dè ik jouw haj gekust
en vur ut urst in slaop gesust
wár al hèl veul afgespeuld
en ha’n we hèl wà afgezeuld
onderweegs al dagenlang
makte mijn un bietje bang
mar ut waor ons pap, da wette,
die makte korte mette
zonder gezwam, gezwets of kwats,
en gennen enne gekke frats
waar hij stillekus blij’j mè jou
en praote ôns werm in de kou

Menneke, aojumde ie zuutjes
tegen jouw bloot’ vuutjes
geluk, dá meugde noit vergeten,
geluk, da kunde vuule èn eten
ut is ut kleìne woar ut in zit:
un eike in un kiepke
un lichje in un kerske
èn in jôw …kiendje… in di kribke
och, jungske toch...


Door: Elly Schouten - van de Mosselaar





maandag 24 december 2012

Héél speciale kerstwensen!

Met gepaste trots presenteren wij onze kerstkaart van niemand minder dan de Brabant, daar brandt nog licht. Met een prachtig besneeuwde Citadel en veel historische figuren. Ga ze maar eens zoeken... :-) En de allerbeste wensen voor 2013!

vrijdag 21 december 2012

Het einde van de huisvrouw

"Omdat het huishoudbedrijf een vak is dat geleerd moet worden en dat beter of minder goed kan worden uitgeoefend." Oprichtster Anna Polak was heel duidelijk waarom op 17 december 1912 de Nederlandse Vereniging van Huisvrouwen werd opgericht. 

In 1926 volgde het eigen keurmerk "Goedgekeurd door de Nederlandse Vereniging van Huisvrouwen". Maar honderd jaar later staat de vlag er heel anders bij. Wie nu om zich heenkijkt, ziet een heel andere wereld. Tweederde van de vrouwen heeft een betaalde baan en beschouwt zichzelf niet meer als huisvrouw. Ook vrouwen die bewust afzien van een betaalde baan, noemt zich liever geen huisvrouw. En nu is ook deze naam niet meer terug te vinden in die van de vereniging. Die gaat voortaan door het leven als NVVH Vrouwennetwerk.

In het archief komen verschillende foto's van huisvrouwen voor. Maar één illustratie valt daarbij op. Het gaat om het bidprentje uit 1774 van Maria Pennings. "Huisvrouw van Martinus Pennings, geboren te Heeswijk den 11 april 1774, en aldaar op den 27 december 1824 wreed vermoord in haar huis". Een heel wrang einde van een huisvrouw.



woensdag 19 december 2012

Verhalen in glas en lood


Regiohistoricus op pad…

...kersttafereel in kerkraam Berghem...

Hoog in het priesterkoor van de Willibrorduskerk in Berghem en bijna onbereikbaar voor het menselijk oog is het kersttafereel te zien dat we hierboven afbeelden. ’n Bekend verhaal, zou je zeggen, maar wie weet nog dat de os, als rein dier, stond voor het reine volk (de herders en de joden) en de ezel voor het onreine (de heidenen)? De clou van dit verhaal is dat rein èn onrein Jezus erkende als hun nieuwe Heer.

Tal van katholieke kerken in Brabant beschikken over kleurrijke glas-in-loodramen, de meeste uit de tijd van de neogotiek. De kunstenaars die ze vervaardigden, hadden kennis van de verhalen en de heiligen die erin werden uitgebeeld. Ook de gebruikte symbolen, vaak middeleeuws van oorsprong, waren hen niet onbekend. Hetzelfde gold voor de pastoor, de kapelaans en zeker ook voor een gedeelte van de vaste kerkgangers.
...museum voor Vlakglas - en Emaillekunst... 
Inmiddels leven we in een tijd van snel verminderd kerkbezoek en sluiting van kerkgebouwen. Ook voor de gebrandschilderde kerkramen, letterlijk en figuurlijk bijna buiten het gezichtsveld van de 21-eeuwer, is het vijf vóór twaalf. De medewerkers van het Museum voor Vlakglas- en Emaillekunst in Ravenstein hadden hier oog voor en begonnen in 2008 met het fotograferen en beschrijven van de ramen van zeven kerken in en om Ravenstein. Later werd het project uitgebreid tot alle dorpskerken in de gemeente Oss (niet die in de stad!). Ook Bernheze (Dinther en Heeswijk) , Landerd (Reek, Schaijk en Zeeland),  Maasdonk (Geffen en Nuland), Sint-Michielsgestel (Den Dungen, Gemonde en Sint-Michielsgestel) en Uden (Volkel) werden bezocht.
...dertig boekjes, tel maar na ;-)...
Voor het Ravensteinse Museum kwam het BHIC in beeld, toen parochiearchieven moesten worden geraadpleegd. Daarvan berust een groot aantal in onze depots. Helaas bleek de in de archieven beschikbare informatie vaak summier, maar we waren blij verrast, toen ons op 13 december 2012 dertig boekjes ter hand werden gesteld, over elke kerk één. Maar het leukst vinden wij de website www.kerkramen.nl. Die bevat soms nog uitgebreidere informatie dan de boekjes en je kunt thuis inzoomen op alle gefotografeerde kerkramen, dus ook op het kersttafereel in Berghem!

maandag 17 december 2012

Ga mee naar Donker Oss


...aankondiging voor de documentaire...
Regisseur Luuk Bouwman heeft gisteren de DVD-box van de documentaire ‘Donker Oss’ in De Groene Engel in Oss gepresenteerd. Te zien op 17 en 18 december in de Groene Engel en vanaf 14 december iedere dag om 14.30 uur in Museum Jan Cunen, beide in Oss.

Oss is in het verleden meermalen door een golf van misdaad getroffen. In 1893 kreeg Oss een slechte naam door een serie aanslagen op fabrieksopzichters en door de moord op een wachtmeester. In de jaren twintig en dertig was er opnieuw een golf van criminaliteit. Ingegeven door een persoonlijke fascinatie heeft regisseur Luuk Bouwman – zelf geboren in Oss – uitvoerig research gedaan naar het Osse verleden. Het onderzoek leidde onder andere tot in North Dakota waar de nazaten van de ‘Baron’ wonen, de beruchte bendeleider die in 1894 met zijn familie de benen nam naar de Verenigde Staten. In Nederland deden kinderen en kleinkinderen van onder meer Peer de Bie voor het eerst hun verhaal.

De documentaire vertelt de Osse criminele geschiedenis aan de hand van verhalen van familie en nabestaanden van betrokkenen. ‘Donker Oss’ is de definitieve versie van de documentaire die vorig jaar onder grote belangstelling als 'work in progress' te zien was in Oss. Op de 2 DVD-box staat veel extra materiaal dat niet eerder werd vertoond. De documentaire onderzoekt waardoor de criminaliteit is ontstaan, en wat de gebeurtenissen voor enkele betrokken families hebben betekend.
Meer informatie: www.donkeross.com 

De film De Bende van Oss leidde tot veel publiciteit rond het donkere verleden van deze arbeidersstad. Ook bij het BHIC is hierbij uitgebreid stil gestaan. Je vindt onder meer oude krantenknipsels op onze site. Op ons blog zie je ook opnames van de film in Ravenstein terug. 

vrijdag 14 december 2012

‘Tjakalele en carnaval’


De M.S. Kota Inten, één van de schepen waarmee de ex-KNIL militairen met hun gezinnen in 1951 naar Nederland zijn gekomen (Foto: BHIC).
“Het was een mooie reis om mee te maken, een avontuur! We waren helemaal vrij van de situatie in Indonesië. Ik vond het spannend om naar Nederland te gaan, want ze hadden daar sneeuw en ijs” vertelt Joop Fautubun die als 11-jarig jongetje samen met zijn ouders met de Asturias uit Semarang naar Nederland vertrekt. 

Het is één van de verhalen in het onlangs verschenen boek Tjakalele en carnaval van Tonny van der Mee. Deze studie vertelt hoe de Molukse gemeenschap in de afgelopen 60 jaar de Brabantse geschiedenis extra kleur heeft gegeven. Het BHIC maakte samen met het Museum Maluku in Utrecht deel uit van de begeleidingscommissie van auteur Tonny van der Mee.  

Een straat in woonoord Lunetten dat zijn nieuwe naam op 20 februari 1951 kreeg, een week voor de komst van de ex-KNIL militairen met hun gezinnen. Het oorspronkelijke 'Kamp Vught' bestond uit een uitgebreid complex van barakken en dienstgebouwen in een bosrijk gebied dat gelegen is tussen de Van Brederodelaan en de Lunettenlaan in Vught (foto: BHIC).
KNIL militairen
Na de onafhankelijkheid van Indonesië werd het KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch Leger) opgeheven. De militairen van het KNIL hadden de optie om naar het Indonesische leger over te gaan, maar de meesten zagen dit als een vorm van verraad. Demobilisatie naar de Molukken of bijvoorbeeld Nederlands Nieuw-Guinea werd ook moeilijk. Na de proclamatie van de Republiek der Zuid-Molukken (RMS) op 25 april 1950, werkte Indonesië hier niet aan mee. De politieke ontwikkelingen brachten de meeste Molukse KNIL’ers  dus in een lastig pakket. Begin februari 1951 kwam het kabinet met een oplossing die het mogelijk maakte voor KNIL’ers om voor een verblijf van enkele maanden in Nederland te blijven, tot er in Indonesië een oplossing was gevonden.
Twaalf scheeptransporten
Zo gebeurde het dat ruim 12.500 Molukkers zich in het voorjaar van 1951 ‘tijdelijk’ in Nederland vestigden. De militairen en hun vrouwen en kinderen hadden niet veel tijd om zich voor te bereiden en gingen met gemengde gevoelens aan boord. Sommigen hadden slechts een hutkoffer bij zich met de meest noodzakelijke spullen. Brabant had een belangrijk aandeel in de opvang van deze ex-KNIL-militairen en hun gezinnen in zeven ‘woonoorden’. Het gros werd opgevangen in het voormalige Duitse concentratiekamp Vught. Met een paar kleine verbouwingen werden de stenen barakken geschikt gemaakt voor tijdelijke huisvesting. Onder de naam ‘Lunetten’ groeide dit Molukse woonoord uit tot het grootste van Nederland.

Een voorstelling van de plaatselijke toneelvereniging die plaatsvond op 14 juni 1952 in woonoord Lunetten (Foto: BHIC).
Brabant, met Lunetten voorop, was een echte afspiegeling van de Molukse gemeenschap als geheel, met al zijn onderlinge etnische, politieke en religieuze verschillen. Incidenten in Lunetten in de eerste jaren leidden tot een strikte scheiding van de verschillende groepen, een ‘verzuiling’ die zich voortzette in de acht Brabantse gemeenten waar grote groepen Molukkers werden, gehuisvest toen de Nederlandse overheid in de jaren ’60 besloot dat de Molukkers de barakkenkampen moesten verlaten.
Op het hoogtepunt in de jaren ’50 telde Brabant ongeveer 3.000 Molukkers. Hoewel zij op lokaal niveau hun weg hebben gevonden in de samenleving, blijft er een voortdurend spanningsveld tussen integratie en behoud van de eigen identiteit.
Tonny van der Mee, Tjakalele en carnaval, 60 jaar Molukkers in Brabant geeft een compleet beeld van de Molukse gemeenschap in Noord-Brabant van 1951 tot en met 2011. Centraal staat de ontwikkeling van en het leven in Molukse woonoorden en –wijken, zowel historisch, politiek als sociaal-economisch. (ISBN-978-90-74352-00-0). 
Feestelijkheden ter gelegenheid van de 1.000ste baby geboren in woonoord Lunetten; hier staat een menigte voor de kerk, 1956 (Foto: BHIC).



woensdag 12 december 2012

Geschiedenis schrijven bij het BHIC

...onze forumgebruikers kwamen kijken op de Citadel...
Onze forums zijn populaire onderdelen van de site van het BHIC. Niet zozeer dankzij ons, maar dankzij al die talloze mensen die berichten plaatsen, andere onderzoekers verderhelpen of foto's en verhalen bij ons aanleveren. Voor de meest actieve gebruikers was zaterdag 1 december een speciale dag op de Citadel georganiseerd.

Een leuke bijeenkomst, al was het alleen maar om te zien welke gezichten bij welke namen horen (veruit de meeste mensen kennen elkaar alleen 'online', zonder te weten welke persoon daar achter schuilgaat). Deze forummensen kregen onder meer een 'sneak preview' van onze nieuwe website, een rondleiding door de Citadel en ze namen deel aan de Grote Brabantse Geschiedenis Quiz.

...bloemen voor Rini de Groot...
En hoewel we blij zijn met iedereen die op welke manier dan ook een bijdrage levert aan onze forums, kregen er die dag drie mensen speciaal een bloemetje. Onder hen Rini de Groot, die vijftig verhalen voor onze site schreef. Ook op deze dag blikt Rini terug. "Bij het kopje koffie kregen we een Bossche Bol. Daarbij gaf ik de opmerking 'dat hebben we te danken aan mijn voorvader, de familie de Groot was een banketbakker'. Verder vernam ik dat één van de lezers van mijn verhalen en een reactie geeft, in Nieuw Zeeland woont. Dat geeft toch een dankbaar gevoel."

Rini vervolgt, over de bos bloemen: "Op weg naar huis op het perron en in de trein werd naar me gekeken en kreeg ik de opmerking 'dat is vanavond iemand verrassen'. Mijn antwoord  was: 'was dat maar, gekregen'. Na er zelf drie dagen van genoten te hebben, heb ik het prachtige boeket woensdag 5 december op het graf in Hanneke’s tuintje geplaatst - mijn overleden vrouw. Zij is zeker mijn inspiratiebron bij de geschreven verhalen."

Wil je meer lezen over deze dag? Binnenkort een uitgebreid verslag met foto's op onze website! Wil je zelf aan de slag? Dat kan natuurlijk ook! Op onze forums kun je vragen of reacties kwijt over je stamboomonderzoek, over de geschiedenis van je woonplaats of... de geschiedenis van jezelf! Herinner jij je levendig hoe vroeger de kerstboom werd opgezet? Hoe oud en nieuw werd gevierd? Of hoe de snert van tante Jes smaakte? We willen het weten. Allemaal. Oude foto's ook altijd welkom. Dus kom maar op ;-) 

PS Insturen van verhalen en foto's kan ook altijd via de mail: info@bhic.nl

maandag 10 december 2012

Baan kwijt vanwege Darwin

...directeur Van Hoek met de 'ridderorde'...
Corrie Aarts stuurde deze foto op. We zien rechts directeur Albert van Hoek van de Mater Amabilisschool in Tilburg. De man is net ontslagen. Waarom? Hij heeft zijn leerlingen verteld over de evolutieleer.

Corrie schrijft: "Meneer Van Hoek waagde het om ons te vertellen over de evolutie en omdat wij dat zeer interessant vonden, wisselde hij de katholieke lessen af met evolutieleer. Dit werd een groot conflict tussen het bestuur (bestaande uit nonnen) en de directeur. De klas kwam in opstand, er kwam een groot stuk in dagblad de Stem maar het mocht niet baten de directeur kreeg zijn onslag. Bij zijn afscheid heeft onze klas hem gehuldigd met een 'ridderorde', zoals te zien is op de foto."

Het lijkt nu onbegrijpelijk dat dat de reden van ontslag kan zijn maar ruim een halve eeuw geleden werd daar in sommige kringen anders over gedacht. Alleen... in welk jaar was het? En liever ook nog: in welke maand? De indrukwekkende online collectie historische kranten van de Koninklijke Bibliotheek levert dit keer niets op. Maar deze kwestie moet toch de pers hebben gehaald? Onze collega's van het Regionaal Archief Tilburg willen graag de helpende hand bieden maar aangezien daar de kranten op microfiches staan, is een nadere tijdsaanduiding wel nodig...

Wie weet er meer? Zat je bij meneer Van Hoek in de klas en weet je nog wanneer dit speelde? Of heb je wellicht het artikel uit De Stem bewaard? Vertel het ons zodat we het verhaal weer compleet kunnen maken!

vrijdag 7 december 2012

“Er was eens…..geen Biesbosch”


Regiohistoricus op pad...

 


Dordtse wethouder Mos spreekt auteur Wim van Wijk toe...

Zo begint de Historische Atlas van de Biesbosch: bijna als een sprookjesboek. Er staan 78 kaarten in, dus ook 78 verhalen, want deze atlas van Biesboschkenner en –bewoner Wim van Wijk is geen catalogus, maar een verhalenboek. Toch komen ook de pure kaartliefhebbers, en speciaal de internetfanaten onder hen, ook nu aan hun trekken….

Op vrijdag 30 november 2012 vond de presentatie van Van Wijks ‘magnum opus’ plaats. Niet in een stadhuis, archiefgebouw of winkel, maar zoals het in de Biesbosch hoort: op een boot. Die voer, beschenen door een fel najaarszonnetje, door de kreken van de Hollandse Biesbosch. Aan boord bevond zich, naast de auteur en diens familie en vrienden, een gemêleerd  gezelschap van uitgevers (W Books), bestuurders (stad Dordrecht), archivarissen & historici, natuurliefhebbers en sponsoren.

Het Biesbosch kaartenboek 





De Atlas is feitelijk het verslag van Wim van Wijks zoektocht naar de veranderingen in het landschap van de Biesbosch. Eens was dit een groot waterschap, de Grote Waard. Een reeks rampzalige watersnoden, waaronder de bekende Elisabethvloed van 1421, maakte daar één grote binnenzee van. Stap voor stap veranderde deze watermassa in het hybride landschap dat we nu kennen als de Biesbosch. Van Wijks grootste uitdaging was het vinden van sporen van de situatie vóór 1421 in het landschap van nu. De kaarten en de verhalen doen verslag van die speurtocht.

Ofschoon de Biesbosch oorspronkelijk geheel in Hollands gebied lag, behoort het grootste gedeelte sinds 1815 tot de provincie Noord-Brabant. Vandaar dat ook het BHIC betrokken werd bij dit project, als informatiebron en als leverancier van kaartenscans. Maar de meeste kaarten zijn afkomstig uit het Hollandse: de depots van het Nationaal Archief, Erfgoedcentrum DiEP (Dordrecht e.o.) en de Universiteitsbibliotheek Leiden. Wel betreft meer dan de helft van de 78 kaarten Brabants territorium. ’n Aantal daarvan kwam tot nu toe zelden of nooit het depot uit.

Het waterbushokje  (foto's Henk Buijks, BHIC)

Tegelijk met de verschijning van deze Biesboschatlas ging een website de lucht in: www.erfgoedcentrumdiep.nl/biesbosch. Daar kan verder worden ingezoomd op de kaarten dan in het boek mogelijk was. Bovendien tonen onze Dordtse collega’s kaarten waarnaar de Atlas verwijst zonder ze te laten zien. Dat is smullen geblazen. We eindigen dus graag met een pluim voor Dordt!


woensdag 5 december 2012

‘De roei’, de zak, het boek en de staf

Sinterklaas en zwarte piet op bezoek bij Kindertehuis Huize Sint Agnes in Uden, 1956 (Foto BHIC)
Onlangs kregen we van Elly Schouten - Van de Mosselaar deze mooie jeugdherinnering over Sinterklaas bij haar thuis. Elly is één van de cursisten die heeft deelgenomen aan de cursus ‘Schrijven over vroeger’ op onze locatie in Grave. Inmiddels stuurt zij ons regelmatig haar jeugdherinneringen om op onze site te plaatsen. En omdat het Sinterklaas is, delen wij haar verhaal graag met jullie via Brabant Bekijken.

Elk jaar tegen 5 december begon mijn kinderhartje onrustig te kloppen…De vraag of ik wel of niet mee naar Spanje zou moeten in de zak van Zwarte Piet begon zich op te dringen. Als ik mijn oudere broers en zussen mocht geloven, was het een kwestie van geluk als dat niet zo zou zijn!

Mijn grote broers waren het ook die wel raad wisten met het opvoeren van die spanning. Eén van hun favoriete voorwerkjes was om op de donkere binnenplaats met een ketting te rammelen, terwijl ze op het keukenraam bonkend ‘Spaanse’ kreten riepen, om dan in ijltempo, stampvoetend weer te verdwijnen! Het ging inderdaad zo snel dat ik me achteraf wel eens afvroeg of het wel écht was gebeurd.
Het meest angstige was het feit dat Sinterklaas en Zwarte Piet gewoon levensecht bij ons binnen kwamen, compleet met de ‘roei’, de zak, het boek en de staf.
Als zij arriveerden met een schimmel of een andere ‘knol’, werd deze vastgebonden aan onze veranda. Eenmaal binnen dronken de goedheiligman en zijn knecht een “goei glas” aan de tap.
De ‘roei’ en de zak werden ergens nonchalant in een hoek van onze gang gedeponeerd en op een cafétafeltje werd het boek van Sinterklaas veilig gesteld. Zijn staf kreeg (onderuitgezakt) een plek tegen datzelfde tafeltje. Stiekem door een kier van de deur kijkend, zag ik de mijter daar ook eens liggen!
Dat betekende schrikken en wegwezen, want op de meest onverwachte momenten konden die twee gewoon onze gang in komen lopen!
Van de goed ingepeperde spanning deed ik letterlijk en figuurlijk in mijn broek. Tegen bedtijd werd het helemaal verschrikkelijk. Alle geluiden en stemmen met af en toe een ‘boegeroep’ van Zwarte Piet onder aan de trap maakte het kinderfeest compleet.

Als ik dacht dat de kust veilig was, ging ik voorzichtig huilend van angst mijn bedje uit richting trap, om vervolgens op mijn kontje trede na trede naar beneden te ‘foepen’. Papa pakte mij dan van de derde trede en riep: “Daar komt het ‘onweer’ aan!” Ik stopte mijn hoofdje vervolgens, spelenderwijs als een vorm van verzachtende omstandigheid achter zijn jas om mijn verdriet een andere wending te geven. Door ‘het onweer’ aan te kondigen, werden Sint en Piet in de gelegenheid gesteld hun ‘heiligheid’ een beetje op te poetsen, zodat mijn geloof niet door de schoorsteen in rook zou opgaan.


Door: Elly Schouten - Van de Mosselaar, Velp


Niet Elly, maar een ander meisje dat mag meekijken in het grote boek van Sinterklaas (Uden, 1956, foto BHIC).

Wil jij ook je herinneringen op papier zetten, maar lijkt het je goed eerst nog wat handige schrijftips te krijgen om je verhaal in de juiste vorm te gieten? Dan hebben wij goed nieuws! In het voorjaar van 2013 biedt het BHIC op zijn locatie in ’s-Hertogenbosch opnieuw de cursus ‘Schrijven over vroeger’ aan. Wie weet, staan jouw mooie jeugdherinneringen straks ook wel op www.bhic.nl!


maandag 3 december 2012

Canon van Grave feestelijk 'afgeschoten'

...veel belangstellenden voor de Graafse Canon in de Hampoort...
Met een denderende knal is vrijdag 30 november de Canon van Grave 'afgeschoten'. Onderzoekster Leny van Lieshout - kartrekker en inspirator van de canon - schoot in de Hampoort in Grave het echte kanon af, als feestelijke onthulling van de canon.


De Canon van Grave is een boek met vijftig korte teksten (vensters), rijk geïllustreerd met foto's en kaarten, die zicht geven op de wording van het gebied dat nu de gemeente Grave vormt. Over Grave valt veel te vertellen en daarom heeft de projectgroep keuzes moeten maken. Op basis van de nationale canon is gezocht naar lokale voorbeelden. Tevens zijn vanuit Grave gebeurtenissen, personen en objecten beoordeeld op hun lokale en nationale betekenis. Zo wordt de priester en humanist Erasmus uit de Nationale Canon, vervangen door de Graafse arts en humanist Jan Wier, strijder tegen onverdraagzaamheid en de heksenvervolging. De Graafse Hampoort die tot de top 100 UNESCO-monumenten in Nederland behoort, heeft vroeger deel uit gemaakt van de gordel van vestingwerken waarmee de jonge republiek na 1678 haar zuidgrens trachtte te beschermen.

...Leny van Lieshout bij het kanon in de Hampoort...
Bij het samenstellen van de inhoud heeft de projectgroep de heemkundekringen en het BHIC betrokken. De projectgroep bestond uit mensen met kennis van de Graafse geschiedenis, met schrijfervaring en met ervaring in het onderwijs. Drieëntwintig deskundigen hebben uiteindelijk de vensters geschreven. Namens het BHIC schreef Henk Buijks de vensters over de Beerse Maas en de Graafse brug. Marilou Nillesen werkte mee aan de eindredactie. Het eindresultaat is een mooi lees- en kijkboek dat tegelijkertijd goed leesbaar en ook wetenschappelijk verantwoord is en is voorzien van vele illustraties (voor een groot deel ook het werk van Leny van Lieshout) waarvan het grootste deel nooit eerder werd getoond.