Posts tonen met het label WOII. Alle posts tonen
Posts tonen met het label WOII. Alle posts tonen

maandag 18 januari 2016

Naast het spitten ook tijd voor ontspanning in "jeugdwerkkamp voor werkloozen"

...Het werkkamp De Baast te Oostelbeers was gelegen nabij Oirschot aan het Wilhelminakanaal...
Om aan de problemen van de jeugdwerkloosheid het hoofd te bieden, werden in heel Nederland in de jaren 1930-1940 jeugdwerkkampen van diverse signatuur opgericht. Ook kon persoonlijk initiatief, politieke lobby en eigenbelang aan de basis liggen van een jeugdwerkkamp. Een in 2016 openbaar geworden dossier uit het archief van de Familie Van de Mortel - de la Court bij BHIC, getuigt daarvan.

Een markant en gedreven persoon was het wel, mr. Jan B.V.M. van de Mortel, burgemeester van Noordwijk. Na het overlijden van zijn neef Jhr. mr. Arnold de la Court was hij in 1932 de nieuwe eigenaar geworden van landgoed de Baast in Oostelbeers. Ongetwijfeld was hij als inspecteur van de werkverschaffing in Noordwijk zeer betrokken bij de zorg voor werklozen in die tijd, maar hij zag er ook een kans in om het pas verworven landgoed in Noord-Brabant te ontginnen met flinke subsidie uit het Werkloosheidssubsidiefonds. Een mooie klus voor werkloze jongeren, al die spitwerkzaamheden, het rooien van stobben en een deel van het landgoed ‘De Baast’ om toveren tot bouw- en grasland.

Als burgemeester van Noordwijk nam hij ook opzienbarende initiatieven. De eerste bloembollenplantdag op 13-10-1937 stond op zijn naam en hij zette zich in voor een groot project duinverfraaiing als object van werkverschaffing. Door bebossing van duinen en het planten van bloembollen in kleurrijke mozaïeken konden toeristen nog eerder in het seizoen naar de bloembollenstreek worden gelokt. Hij droomde van grote bloemencorso’s. Verder had hij hele goede contacten met het Nederlandse en Belgische koningshuis. De Belgische kroonprins Boudewijn en zijn zus kwamen regelmatig bij zijn gezin op zijn villa in Noordwijk logeren.

Typerend voor Jan van de Mortel was zijn weerzin om als burgemeester onder de Duitse Bezetter te dienen en dat stak hij niet onder stoelen of banken. Meer over zijn kleurrijke levensloop kun je lezen in de inleiding op toegang 305 Familie Van de Mortel – De La Court, 1384-1978 op www.bhic.nl

Lobby
Een nu openbaar geworden vertrouwelijke brief van de Hoofdinspecteur voor de werkverschaffing van het ministerie van sociale zaken Meijer de Vries aan Rector G. Bannenberg, secretaris van de Nationale RK Commissie voor Jeugdwerkloozenzorg te ’s-Hertogenbosch van 27 september 1935 geeft een goed inzicht in de lobby in die tijd. Er werd ook een barak aangeboden: ‘Ons Departement heeft nog de beschikking over een uitnemende barak, die bestaat uit vier slaapzalen voor 24 man met vier telkens aangrenzende groote zitkamers. Deze barak zouden wij net als bij de Prot. Christelijke Centrale gratis en franco geheel op het terrein in Noord-Brabant kunnen afleveren’.

..."Ik had nu gedacht dat hier wellicht een kamp voor Jeugdwerkloozenzorg kon komen...
Eind januari 1936 arriveerden de barakken per schip en werden gelost aan de kanaaldijk, een hele operatie, die ondersteund werd door Rijkswaterstaat. Ook kwam er een dam als uitweg voor het kamp naar het kanaal bij Oirschot.

Opening op 4 mei 1936
Op 4 mei 1936 werd het jeugdwerkkamp officieel geopend. De minister van sociale zaken mr. M. Slingenberg kwam in hoogsteigen persoon en liet een werkkamp op de Hoge Veluwe door zijn plaatsvervanger Meijer de Vries openen.


Na de openingsplechtigheden op 4 mei gaf Jan van de Mortel een koffietafel op huize Baast voor de genodigden.
...Groepsfoto van het eerste kamp, genomen door één van de broeders van de kampleiding, mei 1936... 
’s Avonds was er ook tijd voor ontspanning: kaarten, voetbal, muziek maken en werden er voordrachten in het eigen dialect gehouden. Er was zelfs een kampblad op Baast. Eén exemplaar van dit blad is bewaard gebleven. Naast luchtige aangelegenheden, kwamen daar ook serieuze zaken aan de orde.


Blijkbaar was de relatie tussen Jan van de Mortel en de jongeren goed. Op 16 juni 1936 werd de familie Van de Mortel op een Bonte Avond gefêteerd. En Van de Mortel moet ook een goede relatie met de kok hebben gehad. Er zitten een paar ongedateerd briefjes in het dossier ‘Frits vertelde dat u zoo graag eens soep (snert) gebruikte, een schitterende gelegenheid nu U zoo alleen op ’t kasteel uw maaltijd gebruikt. ‘Smakelijk eten’. Ook een briefje in het Frans, waarbij Van de Mortel ter gelegenheid van zijn verjaardag ijs van eigen fabricaat wordt aangeboden. Dat ijs werd in Afrika ‘glace Fathma favorite!’ genoemd.

Naar jeugdwerkkamp De Witte Bergen
Op 3 oktober 1939 kreeg Jan van de Mortel te Noordwijk een brief van het ministerie van sociale zaken dat het barakkenkamp een dezer dagen door het Departement van Defensie ten behoeve van militaire doeleinden in beslag was genomen en overgeplaatst naar elders en dat het jeugdkamp op ‘De Baast’ moest worden opgeheven. De jongens gingen over naar het jeugdwerkkamp ‘De Witte Bergen’ onder Oirschot. De werkzaamheden op het landgoed en het terrein waarop het jeugdkamp had gestaan, konden nog via de werkverschaffing worden voortgezet tot in 1940.

...Nieuwe Tilburgsche Courant van 19-9-1939...

Geschreven door:
Annemarie van Geloven

Vind je dit leuk? Lees dan ook:
- Bij de brandweer
- Paniek op de Zeedijk van Oijen

De beste verhalen via e-mail ontvangen?











woensdag 9 december 2015

Het leven van Ida en vele andere verhalen


De historische roman ‘Ida’ vertelt het levensverhaal van een joods meisje (geboren in 1917 in Hilvarenbeek). Voordat er onderzoek naar haar werd gedaan, was ze nog een open boek. Naarmate meer bronnen werden geraadpleegd, werd steeds duidelijker hoe haar leven is verlopen en wie ze heeft ontmoet. En dan doemen nieuwe verhalen op.

Het leven van Ida Lion kenmerkte zich door vele tragedies, zoals het faillissement van haar vader, haar plaatsing in een weeshuis, het bombardement op Rotterdam en uiteindelijk haar deportatie naar Auschwitz waar ze op 26-jarige leeftijd werd vermoord. Tijdens haar levenswandel is ze allerlei mensen tegengekomen die in soortgelijke omstandigheden verzeild raakten.

Zo is er een markant dorpsfiguur uit Hilvarenbeek die luisterde naar de naam ‘Rooie Fik’ die net als het gezin van Ida na het faillissement onder armoedige omstandigheden woonde achter Hotel de Valk. De Rooie Fik verkocht aan de deur en trok er bij nacht en ontij op uit. Toevallig raakte hij het leven van ‘Ida’.

...De Rooie Fik op latere leeftijd...
En dan is er de weesvader van het Rotterdamse Israëlitisch Weeshuis, waar Ida ongeveer tien jaar doorbracht. Hij werd veroordeeld en ontslagen voor zijn gewelddadig optreden ten opzichte van de wezen. Toen hij daarna met zijn gezin naar Palestina emigreerde, verdronken ze, doordat het schip waarmee ze vanuit Turkije vetrokken te vol was. Bootvluchtelingen avant la lettre dus. En ook een verhaal.

...Het Israelitisch Weeshuis waar Ida verbleef (1928-1938)...
Relatief weinig joodse mensen hebben de oorlog overleefd. En degenen die het overleefd hebben, waren vaak sterk getraumatiseerd, waardoor ze niet meer wilden praten over deze zwarte bladzijde uit hun leven. Hierdoor blijven veel van hun verhalen verborgen die het waard zijn om te worden verteld.

Het doen van onderzoek roept ook steeds weer nieuwe vragen op die niet allemaal in één boek te vatten zijn. Waren er meer Lion’s in de Brabantse dorpen bij het uitbreken van de oorlog? Joden die geïsoleerd leefden tussen de katholieken? Hoe is het hen vergaan tijdens de Tweede Wereldoorlog?

‘Ida, Hilvarenbeek – Rotterdam – Westerbork – Auschwitz’ is verkrijgbaar bij bol.com: http://www.bol.com/nl/p/ida/9200000051894838/
ISBN 9789045029795

Deze gastblog is van de hand van Frank de JongBen jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 à 350woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-)

Vind je dit leuk? Lees dan ook:
- Hendrik Jut, een beestachtig moordenaar
- De Zwarte Ruiter

De beste verhalen via e-mail ontvangen?

vrijdag 21 november 2014

Bijzondere geschiedschrijving door 90-plussers

...bijzondere geschiedschrijving door negentigjarigen...
Morgen, 22 november, verschijnt het boek: Negentig+.  Het verhaal en gezicht van een regio’ van schrijver en regiodichter Marco van de Plasse. Van de Plasse heeft meer dan veertig Negentigplussers uit vrijwel het hele Land van Cuijk geïnterviewd over de eerste veertig jaar van hun leven, met het accent op de wederopbouw, vlak na Tweede Wereldoorlog.

De oudste is 105 en de andere mensen zijn geboren in de jaren ’10 en ‘20 van de vorige eeuw. Ze wonen verspreid over twintig kerkdorpen, evenredig verdeeld over de gemeenten Cuijk,  Boxmeer, Sint Anthonis en Mill & St. Hubert. Else van der Sloot portretteerde de geinterviewden.

Er komt een breed scala aan onderwerpen en beroepen aan bod. Van keuterboer tot fabrieksdirecteur en van snoepjesverkoopster tot politica. Door die verschillende invalshoeken is het boek niet alleen cultuur-historisch interessant maar ook amusant om te lezen:

“… Ik belde toen naar de Lacto (Nutricia) of ze gauw een melkwagen wilden leegmaken en deze te vullen met water, zodat ik met m’n mannen de brand kon gaan blussen …”

“… Koos was toen voorzitter van JVC, maar hij had ook een stuk of tien schapen. Die liet ie vaak op het veld grazen om het gras kort te houden. Maar schapen poepen ook, en daarom ging Koos op de ochtend dat de voetballers moesten spelen altijd al vroeg het veld op om de keutels eraf te scheppen … ”

“… Er waren geen taal- of rekenboeken. Ik zette de sommetjes gewoon op het bord. De leerlingen moesten ze dan overschrijven. Eerst in het klad met een potlood, daarna in het net, met een kroontjespen…”.


Naast hun persoonlijke verhalen, geven in de inleiding van het boek een aantal Negentigplussers een mooie gedachte over ‘de kunst van het (heel) oud worden’. 22 November vindt de boekpresentatie plaats in het Oorlogsmuseum in Overloon. Zes maanden lang is hier ook een expositie te zien zijn over deze Negentigplussers. In groot beeldformaat en met twee documentaires. Daarna ‘reist’ de expositie door het Land van Cuijk, om zo wellicht een bijdrage te leveren aan een stukje cultureel erfgoed. Het boek kost € 29,95 is verkrijgbaar in regionale boekhandels en is een uitgave van Trendletter. 


Vind je dit interessant? Lees dan ook: 
- Opa en oma in het bejaardenhuis
- Rangen en standen

maandag 22 september 2014

Jan de Quay en de ‘geest van Gestel’

...Foto van J.E. de Quay en de schilder Karel van Veen met het portret van De Quay in het gijzelaarskamp, 1941... 
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hielden de Duitsers Nederlandse gijzelaars vast in het kleinseminarie Beekvliet in het Brabantse Sint Michielsgestel en het grootseminarie in Haaren. De eerste gijzelaars die in 1940 werden opgepakt waren de zogenaamde Indische gijzelaars. In mei en juli 1942 volgden er nog twee arrestatiegolven waarbij in totaal bijna 1200 mannen werden opgepakt. Onder hen was ook Jan de Quay, een van de mannen van het driemanschap van de Nederlandse Unie. 

Deze beweging was in de eerste maanden van de oorlog opgericht met als belangrijkste doelstelling het behoud van de Nederlandse identiteit en wist in korte tijd honderdduizenden Nederlanders aan zich te binden.

Vrijwel alle gijzelaars waren vooraanstaande mannen uit de bovenlaag van de Nederlandse samenleving, maar met zeer diverse achtergronden. Omdat Nederland voor het uitbreken van de oorlog sterk verzuild was, was dit voor veel van hen de eerste keer dat zij langdurig in contact kwamen met mensen van buiten hun eigen zuil. In Sint-Michielsgestel kregen de gijzelaars de kans om elkaars werelden beter te leren kennen. Juist door dit gedwongen contact kwamen enkelen van hen tot de conclusie dat het verzuilde stelsel verouderd was en er na de oorlog gewerkt moest worden aan een doorbraak. Dit verschijnsel is bekend komen te staan als de ‘geest van Gestel’.

Lang niet alle gijzelaars voelden zich betrokken bij deze geest van Gestel, maar degene die dit wel waren, waaronder De Quay, begonnen in het kamp voorbereidingen te treffen voor de inrichting van Nederland na de oorlog. Hun belangrijkste streven was het doorbreken van de zogenaamde hokjesgeest door het oprichten van een Nationale Volksbeweging. Al voor het uitbreken van de oorlog was nationale samenwerking een van de belangrijkste idealen van De Quay. Samen met gelijkgestemden uit verschillende politieke stromingen sprak hij in Sint-Michielsgestel over de politieke en maatschappelijke veranderingen die gepaard moesten gaan met de doorbraak. 

De Nederlandse Volksbeweging is er na de oorlog inderdaad gekomen, maar werd nooit het succes wat de bedenkers in Sint-Michielsgestel ervan hadden gehoopt. De grootste kritiek op de plannen die voortkwamen uit de geest van Gestel was ze in de praktijk weinig toepasbaar bleken, omdat er te weinig rekening was gehouden met de bestaande politieke partijen en de kracht van de hokjesgeest onder de Nederlandse bevolking. Jan de Quay koos er uiteindelijk voor om zich aan te sluiten bij de Katholieke Volkspartij in plaats van de Nederlandse Volksbeweging.
  
Deze tekst is van de hand van gastblogger Lieke te Winkel. Voor haar masterscriptie voor de opleiding geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen heeft zij onderzoek gedaan naar de ideeën over staatsinrichting van oud-premier Jan de Quay tussen 1920 en 1946. Ben jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 à 350woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-) 



Vind je dit interessant? Lees dan ook:

woensdag 10 september 2014

Het belang van herdenken: de Elfde Brug

...expositie De Elfde Brug...

Zeventig jaar geleden - op 17 september 1944 - werd Grave bevrijd van de Duitse bezetting. Een kleine groep Amerikaanse parachutisten wist op die zondag bij verrassing de brug over de Maas bij Grave onbeschadigd in handen te krijgen. Over die brug heeft Graeft Voort een expositie ingericht: De elfde brug, te zien tot en met 30 november. 

"Een brug: een doodgewone brug. Je rijdt eroverheen, je staat er niet bij stil. 'De Graafse brug', zeggen de meeste mensen. 'De Maasbrug', zeggen anderen. De kleurenbrug, zegt een enkeling. Maar eigenlijk heeft de brug een eigen, speciale naam: het is de John S. Thompson-brug. Een buitenlandse naam, maar van wie? en waarom?" Daarmee begint de bijzondere expositie, die in woord en beeld laat zien wat er in Grave en omgeving tijdens de oorlog (1940 -1944) gebeurd is.  


...met aandacht voor het lokale verhaal...
Bij de opening van de expositie sprak burgemeester Lex Roolvink over het belang van Alltagsgeschichte: de geschiedenis van de gewone mens. "Het lokale verhaal is vaak ondergeschikt. Daar is hier juist aandacht voor." Verder benadrukte Roolvink het belang van herdenken. "In het herdenken worden verleden, heden en toekomst met elkaar verbonden", haalde Roolvink historicus Peter Nissen. 

"Deze tentoonstelling haalt de herinnering terug aan de oorlog. Geen mens in Grave en omgeving heeft er niets van gemerkt, iedereen had ermee te maken. Er zijn 29 inwoners van Grave om het leven gekomen, als direct gevolg van de oorlog, onder wie de burgemeester zelf. Als de herinnering levend blijft, leeft ook het besef dat vrede kwetsbaar is en dat mensen niet per se geneigd zijn tot alle goeds. Rassenhaat, grootheidswaan, gebrek aan medemenselijkheid zijn, helaas, van alle tijden", zo staat verder op het bord te lezen in de expositie.

"Als deze expositie bereikt dat datgene wat toen in Grave is gebeurd niet wordt vergeten, dan is een hoger doel bereikt", vond Roolvink.


Naast deze wisseltentoonstelling in het Graafs Museum is er ook een permanente tentoonstelling over de Tweede Wereldoorlog te zien in het Graafs KazemattenMuseum (onderdeel van het Graafs Museum). Het Graafs KazemattenMuseum is te vinden in twee kazematten bij de zuidelijke oprit naar de Graafse Brug.

Vind je dit interessant? Lees dan ook: 
- John S. Thompson Brug
- Een Graafse topvlieger

woensdag 4 juni 2014

Blik op "oorlog in blik"


Zwartwitbeelden van drie spelende meisjes in een achtertuin, ergens in Nederland tijdens de oorlog. Ogenschijnlijk een zorgeloos tafereel maar niets is minder waar. Eén van de kinderen is ondergedoken en wordt na een paar weken weer door haar ouders wordt opgehaald omdat ze haar te zeer missen. Talloze pogingen nà de oorlog om het meisje en/of haar ouders te achterhalen, leverden niets op. Het was één van de schrijnende voorbeelden die aan de orde kwam tijdens een bijeenkomst van NIOD en Beeld & Geluid op 28 mei. 

Tijdens deze bijeenkomst vond de lancering plaats van het nieuwe Oorlog in Blik-platform. Edwin Klijn van Netwerk Oorlogsbronnen nam zijn toehoorders - waaronder Andere Tijden-bedenker Ad van Liempt - mee op "bronnensafari". Aan de hand van een filmfragment van Jeugdige pioniers naar het Oosten (1942) ging Klijn op zoek naar het verhaal àchter het fragment. In diverse kranten, publicaties van de ondergrondse pers, fotomateriaal, affiches en brochures vond hij uiteenlopende informatie waar onder meer uit bleek dat een aantal jeugdstormers doorstroomden naar de Waffen SS. Verder lichtte Klijn een tipje op van de toekomstplannen van netwerk Oorlogsbronnen: uiteindelijk wil zij hét kenniscentrum over oorlogsbronnen worden.

Historicus en beeldonderzoeker René Kok wees op het belang van amateur-filmbeelden. Vertoonde het Polygoonjournaal begin 1940 nog beelden dat het Nederlandse leger helemaal klaar was voor een Duitse inval, amateurbeelden van soldaten die op een bijna aandoenlijke manier aan het oefenen zijn, geven een heel andere indruk. Ook liet Kok zien hoe de beelden steeds grimmiger werden, naarmate de oorlog vorderde. Bovendien gaan beelden soms een eigen leven leiden. Het fragment van het meisje tussen twee schuifdeuren in een wagon op transport, was voor Lou de Jong hét beeld van de jodenvervolging. Inmiddels blijkt dat het meisje niet Joods was maar een Romasinti. "Soms weten we heel weinig van beelden, een andere keer dénken we het te weten en dan gaat het toch om iets anders", aldus Kok.


Een heel andere invalshoek kwam van Jesse de Vos, werkzaam als Wikicoördinator bij Beeld en Geluid. De Vos wees op de overeenkomstige doelstelling van Wikipedia en archieven; namelijk het vrijelijk gebruikmaken van kennis. Wikipedia en Wikimedia zijn vanwege hun bereik krachtige partners om archiefmateriaal te verspreiden.   

Vind je dit interessant? Lees dan ook:

dinsdag 15 april 2014

Biografie als tijdsbeeld: Rob van Roosbroeck

...Rob van Roosbroeck...
Het verdriet van België gaat over de omstreden historicus Rob van Roosbroeck - en enkelen van zijn tijdgenoten. Van Roosbroeck (1898-1988) groeit op in Antwerpen. Nadat hij na de Eerste Wereldoorlog wordt ontslagen als leraar, weet hij zich vervolgens op te werken tot één van de meest veelbelovende en productieve Vlaamse historici van het interbellum. Totdat de Tweede Wereldoorlog uitbreekt.

Tijdens de bezetting sluit Van Roosbroeck zich aan bij de Vlaamse SS. In die functie wordt hij onderwijsschepen van Groot-Antwerpen en hoogleraar aan de universiteit van Gent. Na de oorlog leeft Van Roosbroeck een paar jaar ondergedoken in Antwerpen; hij is dan inmiddels ter dood veroordeeld. In 1947 ontkomt hij naar Nederland. Onder talrijke pseudoniemen publiceert hij in Vlaamse dag- en weekbladen. Hij schrijft verscheidene historische studies. Van Roosbroeck overlijdt in 1988 in het Noord-Brabantse Oosterhout.

Armand van Nimmen schreef een indrukwekkende biografie over deze intrigerende man. Voor de totstandkoming van zijn boek reisde hij naar een groot aantal archieven en kwam zo onder meer ook bij het BHIC. Van Nimmen bekeek daar onder meer archiefstukken van het Zwart en Nationaal Front en de Vlaamse Beweging. Stukken die niet openbaar zijn maar die met een ontheffing - waarbij de onderzoeker akkoord gaat zich aan bepaalde voorwaarden te houden - wel kunnen worden ingezien.

Deze biografie blijft echter niet beperkt tot het leven van Rob van Roosbroeck, maar schildert ook de woelige tijden waarin bekende figuren zoals Jan-Albert Goris, Herman Vos en Lode Baekelmans, maar ook Cyriel Verschaeve en Jef Van de Wiele zijn pad kruisten. Op die manier krijgt de lezer een genuanceerd beeld hoe Van Roosbroeck ideologisch evolueerde van een linkse, pacifistische instelling tot een rechtse overtuiging, om zich tijdens de Tweede Wereldoorlog in de collaboratie te storten.

Voor het eerst wordt hier licht geworpen op de omstandigheden waarin Van Roosbroeck ondergedoken leefde en om den brode bleef publiceren onder verschillende schuilnamen. Ook zijn heropstanding als historicus in Vlaanderen, die grotendeels te danken was aan de steun van een aantal Duitse historici, komt uitgebreid aan bod.

Vind je dit interessant? Lees dan ook: 
- Een irritante lastpak en nog fout ook
- Leven naast het kamp

maandag 24 februari 2014

Los het raadsel op van deze foto's

...foto's Daan Scholte (stadsarchief Oss)...
Bij het Stadsarchief Oss zijn prachtige foto's te zien van persfotograaf Daan Scholte. Luciën Bressers van Udenarchief nam een kijkje en kwam terug met een vraag. Waar stond persfotograaf Daan Scholte op het moment toen hij deze drie foto's maakte?

...wie kan de locatie thuisbrengen?...
Het Udenarchief houdt zich onder meer bezig met oude foto's van Uden. Luciën Bressers stelt dat deze drie foto's ten onrechte worden toegeschreven aan Uden. Maar waar dan wel? Wie weet meer of herkent één van de drie situaties? Als je de foto's naast elkaar legt, sluiten ze op elkaar aan.
...wil je de foto groter zien? Klik dan op de foto...
Rotterdammer Daan Scholte (1907-1973) kwam al in voor de Tweede Wereldoorlog in het Maasland terecht. Na de oorlog vestigde hij zich daar met zijn vrouw. Scholte fotografeerde enorm veel, als freelancer maar ook als persfotograaf. Omdat hij in een breed gebied actief was, kunnen de foto's uit verschillende windstreken komen. Maar het Maasland lijkt daarbij het meest voor de hand te liggen.

Al eerder verscheen een fotoboek met materiaal van Scholte en nog deze week kunnen liefhebbers zich inschrijven voor het tweede deel. Wij zijn nu vooral benieuwd naar meer informatie over bovenstaande foto's. Wie helpt dit raadsel op te lossen?

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Foto's van veranderend Oss (1947-1966)
- De Arendstraat