maandag 29 september 2014

Boxmeer uitvinder van het Nederlandse carnaval

Het boek van Peer Meurkens, waarin hij stelt dat de eerste carnavalsoptocht in Boxmeer plaatsvond
Wie aan carnaval denkt, zal onmiddellijk denken aan steden als Maastricht of Den Bosch. Maar in Oeteldonk is de oorsprong van het carnaval niet te vinden, aldus antropoloog Peer Meurkens. In zijn boek ‘De GEKKEKAR komt uit Den Haag’ legt hij haarfijn uit dat de huidige carnavalstraditie haar oorsprong in het 19e eeuwse Boxmeer vindt.

De eerste carnavalsoptocht
De allereerste carnavalsoptocht van Nederland startte op maandag 27 februari 1854 in Boxmeer. Bedenker en initiator was jonkheer Louis van Sasse van Ysselt, tevens lid van de Eerste Kamer. Hij reorganiseerde het aloude Metworst rennen naar de ‘belaste hoeve’ in Vortum tot een echte carnavalsoptocht in een nieuw scenario vol satire en bespotting. Dat element was nog nooit vertoond. Op het Vortums Veld wordt sindsdien op elke carnavalsmaandag een heuse paardenwedren gehouden. Optocht en wedren zijn volgens Meurkens de oudste carnavalstraditie van Nederland – zonder concurrentie.

De uitvinder van de huidige carnavalstraditie: jonkheer Van Sasse van Ysselt
Volgens de overlevering stammen de Metworstrennen in elk geval uit 1740 en verwijzen mogelijk zelfs naar een Oud-Germaans vruchtbaarheidsritueel. Elk jaar organiseert de Boxmeerse vereniging  ‘De Metworst’ een paardenrace, waarin jonge vrijgezelle ruiters strijden om de schenking van een metworst. In de 15e eeuw heeft ene ‘Freule Aleida’ één van haar hoeves namelijk belast met de jaarlijkse schenking van een metworst, een wegge, een brood en een halve varkenskop, nadat Boxmeerse ruiters haar te hulp waren geschoten.

Politieke strijd
Deze Metworstrennen werden gebruikt door Eerste Kamerlid Boxmerenaar Van Sasse van Ysselt om zijn standpunt in de nationale politiek te verduidelijken. Zijn tegenstander, mr. J.B. Hengst, burgemeester van Boxmeer en ook lid van de Staten-Generaal, werd namelijk belachelijk gemaakt in de optocht.

Mr. Hengst was een vertegenwoordiger van de oude feodale rechten; de tienden, cijnsen en erfbelastingen, die uiteindelijk in 1872 werden afgeschaft. Ten tijde van de eerste carnavalsoptocht was deze kwestie echter nog lang niet opgelost en vaak onderdeel van uitvoerige debatten.

Strijd om de Tweede Kamerzetel van het Hoofdkiesdistrict Boxmeer was voor Jonkheer Van Sasse van Ysselt de directe aanleiding om Mr. J.B. Hengst in een carnavaleske afrekening aan te pakken. Van Sasse kon in parlementaire debatten waarin in 1850 de vraag aan de orde kwam of onder de nieuwe Grondwet een burgemeester lid kon zijn van de Tweede Kamer niet een meerderheid krijgen. Ook politieke kwesties als over de bevoegdheden van een burgemeester en het gemeentebestuur kon de jonkheer niet in zijn voordeel beslissen. Bij elke verkiezing voor de Tweede Kamerzetel (1850, 1853, 1856) moest Van Sasse van Ysselt het onderspit delven tegen plaatsgenoot mr. J.B. Hengst.
Als laatste middel om zijn rivaal onderuit te halen, nam jonkheer Van Sasse van Ysselt zijn toevlucht tot een carnavaleske optocht die droop van satire. Hij zette daarbij de aloude vrijgezellencompagnie in met het traditionele paardenrennen naar Vortum. Volgens Meurkens had deze strategie ten slotte succes. Mr. J.B. Hengst wilde in 1860 geen kandidaat meer zijn voor de Tweede Kamer - om vervolgens vanaf 1863 tot 1890 lid van Eerste Kamer te zijn, waar hij (de Eerste Kamer had slechts 39 leden!) nog 27 jaar op zijn zetel zou aanschuiven naast of dichtbij de zetel die tot 1883 door de andere Senator uit Boxmeer, Jonkheer Louis van Sasse van Ysselt werd ingenomen.

De GEKKEKAR
De route van de Metworstrennen
Een belangrijk onderdeel van de Boxmeerse optocht vormde de GEKKEKAR en juist hiermee werd Hengst voor het blok gezet. In deze kar werd namelijk de persoon die als een verliezer werd uitgebeeld vervoerd en op deze kar stond de spreuk: ‘Wij handhaven het recht onzer vaderen.’ Dit was een verwijzing naar Hengst, die in de Staten-Generaal hardnekkig de oude rechten had verdedigd, maar ten slotte een politieke nederlaag had geleden. De gek in het ‘theaterstuk’ van Van Sasse van Ysselt was ongetwijfeld zijn plaatsgenoot J.B. Hengst en hij werd volgens Meurkens zelfs  ‘gevloerd’ door de Metworst.

Plagiaat door Den Bosch!
Peer Meurkens laat ten slotte in zijn boek zien dat Boxmeer de oorsprong is van het moderne Nederlandse carnaval. Volgens hem werd de Boxmeerse optocht in 1882 door Den Bosch gekopieerd, omdat nogal wat leden van voorname Bossche families, die lid van de sociëteit waren, sterke familiale banden hadden met Boxmeer. De schrijver wijst ook op de opvallende gelijkenissen tussen de Oeteldonkse optocht van 1882 met het Boxmeerse prototype van 1854. Carnavalssteden als Den Bosch en Maastricht worden dus door Boxmeer afgetroefd: ‘De optocht is het alibi voor de massale viering van carnaval. In 1854 is het zo in Boxmeer begonnen en in 2014 gaat het nog altijd op deze wijze overal in carnavalvierend Nederland verder.’

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Saaie carnavalsfeesten in het Roomse Zuiden...
- Het ontstaan van carnaval in Haps




vrijdag 26 september 2014

Kousen in de uitverkoop

...Tilburgsche Courant 3 maart 1931...
Een heel gracieuze illustratie in deze advertentie van V&D, nog voluit geschreven als Vroom&Dreesmann. De kousen zijn dan ook 'elegant en toch solied', zo belooft de reclame.

Met de komst van V&D naar Tilburg in 1899 is de eerste vestiging in Noord-Brabant een feit. De zaak begint in de Heuvelstraat en is oorspronkelijk een winkel voor manufacturen en mantels. Later verhuist V&D binnen de Tilburgse binnenstad maar de oudere Tilburger zal vooral denken aan de grote brand in het pand aan de Heuvelstraat in 1965.

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- De Sok
- Van Dijk's Diergaarde

woensdag 24 september 2014

Exclusief 102, populair Brabants radiostation

...Exclusief 102: een populair radiostation in de jaren tachtig...
Radiopiraten, ze waren er volop in de jaren 80. Meestal zenders met smartlappen vanuit een schuur of vanaf een zolder. Maar naast die smartlappenzenders kwam er in Boxmeer in de jaren 80 een illegaal radiostation die het anders aanpakte. Geen volksmuziek maar veel hits uit de hitparade. Exclusief 102 draaide vanaf de Stationsweg te Boxmeer haar programma’s. Een hele verademing naast de muzikale fruitmand van de EO op vrijdag in een tijd dat 3FM nog Hilversum 3 heette en in de nacht nog stil was.  

Exclusief 102, gemaakt door een team van radiomakers die vooral uit de regio Nijmegen kwamen. In Nijmegen zelf was de ether vol met radiostations als Keizerstad, Delta en Contact. Om die reden werd er gekozen voor Boxmeer. Groot genoeg om commercieel zichzelf te kunnen bedruipen.  Er werd begonnen met programma’s in de weekenden. Deze werden in Nijmegen opgenomen, met de trein naar Boxmeer gebracht en weer uitgezonden.

Na een paar maanden waren de opstartkosten terugverdiend en werd door de stationsleiding besloten dat er ook live programma’s gemaakt konden worden. Het gehuurde pand aan de Stationsweg werd voorzien van een radiostudio. Vanaf dat moment ging het hard met de omroep. De professionele storingsvrije zendinstallatie en de goede opstelling van de antennemast zorgde voor een groot bereik in de regio. Veel luisteraars, veel adverteerders en veel reacties per telefoon. De radiomakers van de omroep waren daarnaast allemaal bekend geworden door het draaien van muziek in de discotheken in de regio. Als gevolg van de groei besloot Exclusief 102 haar zendtijden uit te breiden naar 24 uur per dag en 7 dagen per week. Populaire programma’s waren de eigen hitparade “Hitrace 30”, “Muziek en Informatie” (gemaakt door de bekende café-eigenaar John Robins), “Het muziekdrama”   en “Hé, die ken ik”.

Het groeien van de omroep was een probleem voor met name de kranten. Deze legde gezamenlijk klachten neer bij de Radio Controle Dienst (RDC, tegenwoordig Agentschap Telecom). In samenspraak met de rijkspolitie werd daarop besloten dat de omroep “kapot” gemaakt moest worden. Men vond de omroep te professioneel worden en er kwamen ondanks het hoge uitzendvermogen geen klachten binnen over storingen, een duidelijk teken dat de omroep haar zaakjes goed op orde had. Er werd gekozen voor een aanpak waarbij het uitgangspunt: iedere dag uit de lucht halen.

Donderdag 14 augustus 1987 draaide Wim van Rooij (echte naam Mario Guagliardo, zie foto krantenartikel) zijn dagelijkse programma “Het Muziekdrama” tussen 12:00 en 15:00 uur, toen de RCD via een ladder door een openstaand raam naar binnen kwam. Bijgestaan door 6 politieagenten werd de zender uit de lucht gehaald, apparatuur ingeladen en de programmamaker afgevoerd naar het politiebureau. De RCD was nog niet het pand uit of vanuit de Nijmeegse studio was een compleet nieuwe zendinstallatie en alle benodigde apparatuur onderweg. 

Nog diezelfde dag werd er weer getest en de volgende ochtend om 7 uur startte Exclusief 102 haar programma’s weer alsof er niets was gebeurd. Met als gevolg dat opnieuw de RCD binnen viel. Ditmaal waren twee andere medewerkers de pineut. De RCD en politie maakten duidelijk dat er geen enkel programma meer getolereerd werd. De brandweer kreeg de opdracht de zendmast te verwijderen. Exclusief 102 week daarna uit naar Gennep maar had vanaf daar niet het gewenste bereik. En ook een aantal andere locaties vielen door de invloed van de overheid af. Uiteindelijk werd besloten het bijltje er als illegaal station bij neer te leggen.

Exclusief 102, was voor vele andere (legale en illegale) zenders in Brabant en Limburg een voorbeeld. Voor de medewerkers duurde het avontuur echter te kort. Op de foto hierboven zie je de promotiebanner van Exclusief 102 op het studiopand dat later gesloopt werd. Destijds opgehangen door Mario Guagliardo en Rolf Reurslag, de presentator van de Hitrace 30. De invallen haalde de diverse kranten in de regio.



Deze tekst is van de hand van gastblogger Mario Guagliardo.Ben jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 à 350woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-) 

Vind je dit interessant? Lees dan ook:


maandag 22 september 2014

Jan de Quay en de ‘geest van Gestel’

...Foto van J.E. de Quay en de schilder Karel van Veen met het portret van De Quay in het gijzelaarskamp, 1941... 
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hielden de Duitsers Nederlandse gijzelaars vast in het kleinseminarie Beekvliet in het Brabantse Sint Michielsgestel en het grootseminarie in Haaren. De eerste gijzelaars die in 1940 werden opgepakt waren de zogenaamde Indische gijzelaars. In mei en juli 1942 volgden er nog twee arrestatiegolven waarbij in totaal bijna 1200 mannen werden opgepakt. Onder hen was ook Jan de Quay, een van de mannen van het driemanschap van de Nederlandse Unie. 

Deze beweging was in de eerste maanden van de oorlog opgericht met als belangrijkste doelstelling het behoud van de Nederlandse identiteit en wist in korte tijd honderdduizenden Nederlanders aan zich te binden.

Vrijwel alle gijzelaars waren vooraanstaande mannen uit de bovenlaag van de Nederlandse samenleving, maar met zeer diverse achtergronden. Omdat Nederland voor het uitbreken van de oorlog sterk verzuild was, was dit voor veel van hen de eerste keer dat zij langdurig in contact kwamen met mensen van buiten hun eigen zuil. In Sint-Michielsgestel kregen de gijzelaars de kans om elkaars werelden beter te leren kennen. Juist door dit gedwongen contact kwamen enkelen van hen tot de conclusie dat het verzuilde stelsel verouderd was en er na de oorlog gewerkt moest worden aan een doorbraak. Dit verschijnsel is bekend komen te staan als de ‘geest van Gestel’.

Lang niet alle gijzelaars voelden zich betrokken bij deze geest van Gestel, maar degene die dit wel waren, waaronder De Quay, begonnen in het kamp voorbereidingen te treffen voor de inrichting van Nederland na de oorlog. Hun belangrijkste streven was het doorbreken van de zogenaamde hokjesgeest door het oprichten van een Nationale Volksbeweging. Al voor het uitbreken van de oorlog was nationale samenwerking een van de belangrijkste idealen van De Quay. Samen met gelijkgestemden uit verschillende politieke stromingen sprak hij in Sint-Michielsgestel over de politieke en maatschappelijke veranderingen die gepaard moesten gaan met de doorbraak. 

De Nederlandse Volksbeweging is er na de oorlog inderdaad gekomen, maar werd nooit het succes wat de bedenkers in Sint-Michielsgestel ervan hadden gehoopt. De grootste kritiek op de plannen die voortkwamen uit de geest van Gestel was ze in de praktijk weinig toepasbaar bleken, omdat er te weinig rekening was gehouden met de bestaande politieke partijen en de kracht van de hokjesgeest onder de Nederlandse bevolking. Jan de Quay koos er uiteindelijk voor om zich aan te sluiten bij de Katholieke Volkspartij in plaats van de Nederlandse Volksbeweging.
  
Deze tekst is van de hand van gastblogger Lieke te Winkel. Voor haar masterscriptie voor de opleiding geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen heeft zij onderzoek gedaan naar de ideeën over staatsinrichting van oud-premier Jan de Quay tussen 1920 en 1946. Ben jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 à 350woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-) 



Vind je dit interessant? Lees dan ook:

vrijdag 19 september 2014

Malle Pietje met zijn sigaar...

...Udens Weekblad 1975...
Ben je onder de 40? Dan blijft het nu waarschijnlijk stil in je hoofd. Bij (bijna) iedereen bóven die leeftijd gaat er nu vanzelf een liedje afspelen... ("Malle Pietje doet altijd raar, Malle Pietje met zijn sigaar")

Swiebertje en Malle Pietje zijn kaskrakers in de jaren zestig en zeventig. Zelf hebben we bij het BHIC nog mooie foto's van Joop Doderer die in 1966 de Vliegende Schotel in Geffen opent.


Maar ook Malle Pietje is in die jaren een BN'er avant la lettre. Wie was erbij tijdens het 'knotsgekke' feest in het Cultureel Centrum in Uden? Wie vertelt er meer?

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Swiebertje in Geffen
- Ber Kolen

woensdag 17 september 2014

Beam ze up

...Een deel van de familie Nijssen-Haazen uit Asten (buurtschap Vosselen).
V.l.n.r. Tinus, vader Peerke, moeder Hanneke, Mietje en Sjaak... 

Hij was van 1878 of daaromtrent. En zij ook zoiets. In 1907 trouwden ze en daarna kregen ze kinderen. In 1910 werd hun derde geboren, het eerste meisje, en zij zou veel later mijn moeder worden. Ik heb 't dus over mijn grootouders van moeders kant.
Ze leven uiteraard al lang niet meer. Ook hun kinderen - behalve mijn moeder nog een stuk of vijf - zijn er niet meer. De laatste vertrok een paar jaar geleden, een heel eind op weg naar de honderd.
Mijn grootvader van moeders kant heb ik nooit gekend. Grootmoeder wel. Die is nog bij me op de eerste communie geweest. Dat weet ik omdat ik daar een foto van heb. Verder heb ik niet veel foto's van m'n grootouders, ook niet van die van vaders kant. In de eerste helft van de vorige eeuw werden er wel redelijk wat foto's gemaakt, maar niet bij de boeren op 't Brabantse zand.
Heel verrassend dus om op Facebook - dankjewel Maria - ineens een prachtige foto aan te treffen met daarop de ouders van mijn moeder en drie van hun kinderen. Prachtig omdat die foto er niet 'op z'n zondags' uitziet. Grootvader staat er op met zijn nog zwarte haren, grootmoeder als een fragiel vrouwke, de ene ome als jonge boer, een andere als puber en een tante als durske. Een foto van ergens tussen 1925 en 1930 lijkt me. Jammer genoeg zonder mijn moeder.  
Grootvader, hoorde ik ooit van haar, had een vooruitziende blik. Die voorspelde in die tijd al dat er ooit zoiets zou komen als televisie. 'Er komt een tijd dat je de mensen op de radio gewoon in je huiskamer kunt zien,' orakelde hij. Heel moeilijk was dat niet te voorspellen, want juist in die tijd werd goede sier gemaakt met experimentele tv. Maar dat wist mijn moeder weer niet. 
Grootvader kon natuurlijk niet bevroeden dat hijzelf en zijn gezin, betrapt door de toevallig passerende fotograaf, nog geen eeuw later als een verzameling pixels de wereld over zouden gaan. Dat ze zomaar oproepbaar zouden zijn van hier tot Canada en van daar tot Nieuw-Zeeland en dan weer terug.  En het 'beam-me-up-Scotty' ging zijn voorstellingsvermogen gelukkig helemaal te boven. Die droom liet hij ons. Daarom, graag tot ziens in 2150! 
Deze tekst is van de hand van gastblogger Piet Snijders. Meer van dergelijke verhalen vind je op zijn blog Horlepiet. Ben jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 à 350woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-)  

maandag 15 september 2014

Eerste Wereldoorlog 100 jaar geleden

Roosendaal wordt in 1914 overspoeld door Belgische vluchtelingen...

Dit jaar is het honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Hoewel Nederland neutraal bleef, heeft deze oorlog toch grote impact gehad op ons land. De komende maanden zal deze ingrijpende invloed op verschillende manieren herdacht worden. Zo is er een landelijk coördinatiepunt ontstaan, Eerstewereldoorlog.nu. Daarnaast laten we twee voorbeelden van bijzondere herdenkingen zien, uit Oud-Gastel en Roosendaal. 

Landelijk herdenken
Vanaf 1 oktober kun je alle activiteiten rond de herdenking van de Eerste Wereldoorlog in Nederland bekijken op een nieuw digitaal platform, EersteWereldoorlog.nu. Op deze site kun je ook terecht voor een goede basisinformatie over de Eerste Wereldoorlog. Het coördinatiepunt is een gezamenlijk project van Huis Doorn, NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies en het Nederlands Openluchtmuseum. Men wil niet alleen kennis over de oorlog en herdenkingsactiviteiten bieden, maar de site wil ook organisaties met elkaar verbinden die actief zijn op dit gebied.

Bijzondere wandeling naar Oud-Gastel
Een voorbeeld van zo'n herdenking vindt plaats in Oud-Gastel. Op 28 september komt daar een delegatie Belgen naar het museum 'De Drie Snoecken' van de Heemkundekring Het Land van Gastel om een bijzondere voettocht te herdenken, die 100 jaar geleden plaatsvond.

Vluchtoord Uden, een andere bestemming voor veel Belgische vluchtelingen

Vanwege het geweld van de Duitsers, liep Antwerpen eind september 1914 volledig leeg. Duizenden mensen zochten hun toevlucht in Nederland, zo ook een groep van 15 weeskinderen, 6 zusters en 5 paters van de abdij van Bornem. Na een hachelijke tocht kwamen zij per stoomtram aan in Oud-Gastel, waar zij werden opgevangen in het St. Bernardusklooster.

De Heemkundekring herdenkt deze tocht met een speciale tentoonstelling, die te zien is in het museum 'De Drie Snoecken' op de Open Monumentendagen op 13 en 14 september 2014 en alle zaterdagochtenden tot en met 12 oktober 2014. Wie nog in het bezit is van foto's van deze tijd, wordt van harte uitgenodigd contact op te nemen met de Heemkundekring Het Land van Gastel.

'Alles vlucht naar Roosendaal' 
Gemobiliseerde soldaten in Wouw
Een ander voorbeeld van een herdenking vinden we in Roosendaal. Ook deze stad kende een enorme toestroom van Belgische vluchtelingen in 1914. De gebeurtenissen zijn hier bijzonder goed bewaard gebleven. De Roosendaler Jacobus van der Veken, op dat moment 48 jaar oud, hield namelijk zeer nauwgezet een dagboek bij. Hieronder een citaat van Jacobus:

Wat ervan terecht moet komen, ik weet het niet! Duizenden, ik lieg niet, duizenden vluchtelingen van Antwerpen en omgeving komen met treinen, wagens en te voet Roosendaal binnen.  Rijk en arm, alles vlucht naar Nederland.'

Dit dagboek staat, samen met foto's, archiefstukken en filmbeelden, centraal in de tentoonstelling 'Alles vlucht naar Roosendaal', die van 13 september 2014 tot en met 8 februari 2015 te zien is in Museum Tongerlohuys te Roosendaal. Het biedt een unieke kijk op Roosendaal en omliggende dorpen in oorlogstijd.

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Gevluchte Scheutisten in Esch
- Schijndel bedankt!


 

vrijdag 12 september 2014

Met welke foto ga jij geschiedenis schrijven?

...ingestuurde foto van Veghel 1971...
De tent die je vroeger met lakens bouwde, je moeder die de was ophing of je vader met krant en pijp in de stoel. Juist die alledaagse geschiedenis werd vroeger niet vastgelegd met de camera - laat staan met een selfie - maar nét die momenten geven ons zo'n mooi inkijkje in het leven van vroeger tijden. Heb jij die foto's liggen? Stuur ze dan op naar bd.nl/fotozolder

Deze nieuwe website is een samenwerking tussen het Brabants Dagblad en het BHIC. We werken al langer samen want elke woensdag plaatsen we een oude foto op de Facebookpagina van de krant. Dat zorgt voor veel herkenning. Ongetwijfeld zit in jouw schoenendoos ook dergelijk materiaal. Op bd.nl/fotozolder kunnen mensen eenvoudig eigen foto's uploaden of herinneringen achter te laten. Inmiddels stromen de eerste foto's binnen en kijk maar eens... alsof je zo de jaren vijftig en zestig binnenstapt!

Met welke foto's ga jij deze collectie aanvullen? Heb je foto's dat je huiswerk aan het maken bent? Of dat de auto wordt ingepakt voor vakantie? Of is het juist een heel ander onderwerp waarmee je ons terugbrengt naar vroeger tijden? Verras ons en stuur die mooie foto's in! Mooie verhalen die erbij horen, zijn ook meer dan welkom...

Marilou Nillesen

Vind je dit leuk? Bekijk dan ook:
- Fotozolder
- Speelgoed van een zweefvlieger


woensdag 10 september 2014

Het belang van herdenken: de Elfde Brug

...expositie De Elfde Brug...

Zeventig jaar geleden - op 17 september 1944 - werd Grave bevrijd van de Duitse bezetting. Een kleine groep Amerikaanse parachutisten wist op die zondag bij verrassing de brug over de Maas bij Grave onbeschadigd in handen te krijgen. Over die brug heeft Graeft Voort een expositie ingericht: De elfde brug, te zien tot en met 30 november. 

"Een brug: een doodgewone brug. Je rijdt eroverheen, je staat er niet bij stil. 'De Graafse brug', zeggen de meeste mensen. 'De Maasbrug', zeggen anderen. De kleurenbrug, zegt een enkeling. Maar eigenlijk heeft de brug een eigen, speciale naam: het is de John S. Thompson-brug. Een buitenlandse naam, maar van wie? en waarom?" Daarmee begint de bijzondere expositie, die in woord en beeld laat zien wat er in Grave en omgeving tijdens de oorlog (1940 -1944) gebeurd is.  


...met aandacht voor het lokale verhaal...
Bij de opening van de expositie sprak burgemeester Lex Roolvink over het belang van Alltagsgeschichte: de geschiedenis van de gewone mens. "Het lokale verhaal is vaak ondergeschikt. Daar is hier juist aandacht voor." Verder benadrukte Roolvink het belang van herdenken. "In het herdenken worden verleden, heden en toekomst met elkaar verbonden", haalde Roolvink historicus Peter Nissen. 

"Deze tentoonstelling haalt de herinnering terug aan de oorlog. Geen mens in Grave en omgeving heeft er niets van gemerkt, iedereen had ermee te maken. Er zijn 29 inwoners van Grave om het leven gekomen, als direct gevolg van de oorlog, onder wie de burgemeester zelf. Als de herinnering levend blijft, leeft ook het besef dat vrede kwetsbaar is en dat mensen niet per se geneigd zijn tot alle goeds. Rassenhaat, grootheidswaan, gebrek aan medemenselijkheid zijn, helaas, van alle tijden", zo staat verder op het bord te lezen in de expositie.

"Als deze expositie bereikt dat datgene wat toen in Grave is gebeurd niet wordt vergeten, dan is een hoger doel bereikt", vond Roolvink.


Naast deze wisseltentoonstelling in het Graafs Museum is er ook een permanente tentoonstelling over de Tweede Wereldoorlog te zien in het Graafs KazemattenMuseum (onderdeel van het Graafs Museum). Het Graafs KazemattenMuseum is te vinden in twee kazematten bij de zuidelijke oprit naar de Graafse Brug.

Vind je dit interessant? Lees dan ook: 
- John S. Thompson Brug
- Een Graafse topvlieger

dinsdag 9 september 2014

BREKEND: 5000ste verhaal in verhalentrommel BHIC

...Rien Wols dankt Rini de Groot en Willie Damen van de Mosselaer...
Het Martinushuis van Willie Damen van de Mosselaer is het vijfduizendste verhaal dat te vinden is in onze verhalentrommel op onze nieuwe website. En daar zijn we trots op! Zo trots dat de schrijver van het 4.999ste verhaal óók in het zonnetje is gezet: Rini de Groot schrijft wekelijks over zijn jeugd in Uden. Want ook achter het insturen van de 5000ste bijdrage gaat een mooi verhaal schuil. Lees maar mee...

In de eerste week van september 2014 naderde de teller van het aantal verhalen op de website sterk de 5.000. Het was duidelijk dat die mijlpaal in de week daarna wel gehaald zou worden. Maar wie zou met de 'eer' gaan strijken? Maandagochtend kwamen er via de mail twee verhalen binnen: één van Rini de Groot (Speelgoed van een zweefvlieger) en een van Wille Damen van de Mosselaer (Het Martinushuis). Het verhaal van Rini werd verhaal 4.999 en dat van Willie dus nummer 5.000.

...het Martinushuis (uit het verhaal van Willie)...
Maar anderhalf uur na plaatsing op de website, kregen we een mailtje van Willie:“Ik heb gezien dat mijn verhaal met foto’s weer mooi op het BHIC staat. Rini de Groot maakte mij erop attent dat er 4998 verhalen opstonden. (Ik heb daar nog niet eerder opgelet). Toen heb ik vlug het verhaal gemaakt en toegestuurd in de hoop dat mijn verhaal dan 4999 zou worden en Rini 5000. Maar helaas, de mail van Rini kwam natuurlijk bovenaan te staan met het openen van de mails en die kwam er het eerste op en toen is die van mij geopend en stond ik als 5000. Op de datums van de mails kan je zien hoe laat onze mails verstuurd zijn en zou het toch wel heel fijn zijn dat Rini 5000 zou zijn.”

...een speciale trapauto (uit het verhaal van Rini)...
Tegen zoveel aardigheid kunnen wij natuurlijk niet op! We constateren dan ook dat het een “fotofinish” is geworden, en dat we, om de mijlpaal van het 5.000ste verhaal op onze site te vieren, zowel Willie Damen als Rini de Groot een aardigheidje schenken in de vorm van een boekenbon. En in hen eren we iedereen die de afgelopen jaren zijn of haar verhaal met ons allen heeft gedeeld. Want waar het bij velen een goed voornemen blijft om die mooie verhalen van vroeger eens vast te leggen, doen Rini, Willie en een heleboel anderen dat wel. En zo dragen zij - ieder op eigen manier - bij aan de geschiedenis van hun eigen stad of dorp.

We zijn erg benieuwd naar jouw verhaal! Door onze vernieuwde website is het insturen van verhalen nog eenvoudiger geworden. Blaas jij het stof van de geschiedenis van jouw stad of dorp? Vertel jouw verhaal en stuur het in! Foto's en films erbij? Ja graag! En op naar de 10.000 verhalen!


Vind je dit interessant? Lees dan ook: 
- Een verhaal maken
- Stapsgewijs je verhaal schrijven

maandag 8 september 2014

'Ick sal U noijt verlaaten'

Een loze belofte van Zepherin Peelen, die de zwangere Magdalena verliet voor een ander...
We kennen ze allemaal: prinsen op het witte paard die woest aantrekkelijk zijn, je hart veroveren en je vervolgens doodongelukkig achterlaten. Dergelijke rokkenjagers bestonden ook in de vroege 18e eeuw, zo blijkt uit het archief van het dekenaat Cuijk. De arme Magdalena van Doorn wordt in 1704 betoverd door haar prins Zepherin Peelen met zijn mooie praatjes, maar deze liefdesgeschiedenis kent geen 'happy end.' Haar lotgevallen zijn zelfs zó dramatisch dat de gemiddelde soapserie er nog een puntje aan kan zuigen...

Veel smeecken en soet praaten
Het begon allemaal bij juffrouw Ebben, de tante van Zepherin. We lezen dat Magdalena bij haar als 'mijdt' in dienst was en dat Zepherin elke gelegenheid aangreep 'omme de genegenheijt der Eijsersche te winnen.' De 'Eijsersche' is Magdalena, omdat zij in 1707 een aanklacht indiende tegen het wangedrag van Zepherin.

Laten we echter eerst terug gaan naar de dagen waarop er nog geen vuiltje aan de lucht was. Peelen was dagelijks bij zijn tante te vinden en hij wendde 'alle vlijdt en list' aan om Magdalena voor zich te winnen. Uiteindelijk was dit gelukt, getuige het rechterlijke verslag: '(...) door veel smeecken en soet praaten de Eijsersche haare gunst en lieffde gewonnen heeft.'

'Schildtpaddedoosie'
 Zepherin liet het niet bij woorden alleen. Hij gaf Magdalena zelfs als ultiem teken van zijn trouw een 'schildtpaddedoosie, mit silver ingeleijdt', een soort tabaksdoosje. Magdalena vertrouwde hem volkomen en na dit geschenk werd de 'vlijselijcke conversatie wederomme vernieuwt en hervat.'
Een wel heel bijzonder teken van trouw: een schildpadden tabaksdoosje! Magdalena gaat overstag en er vindt 'vlijselijcke conversatie plaats met alle gevolgen van dien...
Deze conversatie mondde uit in een zwangerschap; iets waar Zepherin Peelen niet op had gerekend en ook niet op zat te wachten!

Vuile eieren
Aanvankelijk probeert de charmeur onder zijn plichten uit te komen. Hij zou wederom 'alle vlijdt' hebben aangewend om Magdalena ertoe te bewegen 'omme mit eene andere derde vlijselijcke conversatie te houden en alsulcken derde tot vader van het kindt te denomineeren ende gelijck men seght, op vuijle eijeren te setzen.' Niet bepaald een liefdevol voorstel, waar Magdalena dan ook niet op ingaat.
Ze smeekt hem om toch met haar te trouwen, zoals hij had beloofd, maar hij heeft niet meer naar haar 'ommegesien.' Zelfs het 'snuijffdoisken' heeft ze weer terug moeten geven aan haar verloofde.

Op 7 maart 1704 bevalt Magalena van een dochter, maar Zepherin is nergens te bekennen. Hij is om 'alle dese gevolghe te ontvlughten' in Spaanse dienst getreden! Ondertussen heeft 'Eijsersche eenighe Jaare mistroostigh mit haar Kindt blieven sitzen...'



Peelen windt ook Mechtildis om zijn vinger en trouwt met haar
Dit is nog niet het einde van het verhaal; het wordt zelfs nog erger! Inmiddels was Peelen, ondanks zijn trouwbelofte aan Magdalena, getrouwd met iemand anders, ene Mechtildis Arts uit Boxmeer. Ook zij was 'wederomme van hem bevrught,' lezen we in een ander gerechtelijk stuk. Tegen dit huwelijk gaat Magdalena in protest, vooral ook omdat zij gedefloreerd (ontmaagd) was en Zepherin haar eer dus had geschonden...

De uitspraak...
Na allerlei getuigen gehoord te hebben, besluiten de geestelijke rechters dat de beklaagde alsnog met Magdalena moet trouwen of dat hij haar een flinke smak geld moet betalen voor de 'defloratie, kraamkosten en alimentatie aan t Kindt tot nu toe gedaan eens de somme van ses hondert rijksdaalders, het kindt te onderhoude...'

Tot slot nog één dramatisch stuk uit dit dossier dat we jullie écht niet willen onthouden; de geschreven verklaring van Magdalena van Doorn zélf, die verklaarde dat Zepherin haar beloofd heeft te trouwen 'ende noijt te verlaaten.' Een loze belofte, zoals we nu weten...


Dramatiek ten top: de verklaring van Magdalena zelf!

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
Familiedrama in Boxmeer
- Vier kantjes drama uit de 19e eeuw



vrijdag 5 september 2014

Als u snel rijdt......

...Leeuwarder Courant 18 maart 1959...
"Michelin, de Nederlandse kwaliteitsband gefabriceerd in 's-Hertogenbosch." Deze advertentie stamt uit 1959. 54 jaar later zou het laatste montagebedrijf in Den Bosch de deuren sluiten.

Al in 1937 ging de Bossche gemeenteraad akkoord met de verkoop van een stuk industrieterrein maar het zou nog tien jaar duren voordat de Michelin-fabriek officieel werd geopend. De Franse bandenproducent stopte in 1994 in Den Bosch met de productie van 200.000 banden per jaar en circa 15 jaar verdween ook het laatste segment van Michelin uit de Brabantse hoofdstad. 

Maar nu terug naar de advertentie waarop Bibendum prijkt, vast één van de weinige reclamepoppetjes met een eigen Wiki. Het Michelinmannetje dat bestaat uit opeensgestapelde banden, gooit hier kwaliteitsbanden in de lucht "voor normaal gebruik". Wat de vraag oproept wat je anders met autobanden zou moeten doen...

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Stap binnen bij de Michelinfabriek
- De tweede vrachtwagen van Waalwijk

woensdag 3 september 2014

Ontdek het #Helvoirt van Vincent van Gogh op de fiets

Het ouderlijk huis van Vincent van Gogh te Helvoirt
Het jaar 2015 is uitgeroepen tot het Vincent van Goghjaar. In 2015 is het 125 jaar geleden dat Vincent van Gogh is gestorven. Tijdens zijn leven verkocht hij één schilderij, maar nu is hij als merk de nummer 1 van de wereld. Tijdens Open Monumentendag op zaterdag 13 september 2014 besteedt de gemeente Helvoirt aandacht aan zijn misschien wel belangrijkste bezoeker ooit...

Voor het boek dat ik geschreven heb en de Vincent van Goghwandelingen en fietstochten die daar in staan, ging ik me verdiepen in Vincent van Gogh in relatie tot Helvoirt. Ik deed verrassende ontdekkingen. Zo viel me op dat Helvoirt ontbreekt op de Vincent van Goghkaart. Op de site www.vanGoghBrabant.com vind je de plaatsen Zundert, Tilburg, Etten-Leur, Nuenen en 's-Hertogenbosch, maar over Helvoirt wordt eigenlijk niet gerept. Opmerkelijk, want nergens anders hebben zoveel leden van de familie Van Gogh gewoond als in Helvoirt; maar liefst dertien familieleden!

De kerk in Helvoirt, die door Vincent van Gogh is geschilderd

Vincent maakte drie tekeningen in Helvoirt, twee van de kerk, die er overigens nog precies hetzelfde uit ziet. Tegenover de kerk staat zijn ouderlijk huis, daar woonden zijn ouders met zijn twee broers en drie zussen. Vanzelfsprekend gaan de wandel- en fietstochten ook langs het huis van zijn drie ongehuwde tantes. Dat huis staat aan de Oude Rijksweg, die toen net werd aangelegd.

Een ander belangrijk punt is de begraafplaats met het graf van zijn oom en tante en het huis van de vrienden van de familie Van Gogh, de familie Van Jonge Van Zwijnsbergen. Hun landgoed 'Mariënhof', gelegen aan de doorgaande weg van 's-Hertogenbosch naar Breda, is bijna helemaal intact gebleven. In de Torenstraat  staan maar liefst acht monumenten die er waren toen Vincent zijn vakantie doorbracht in Helvoirt. De weg van Helvoirt naar Nieuwkuijk was al aangelegd. Vincent moet dus zeker het kasteel Zwijnsbergen gezien hebben.

Het graf van Vincents oom en tante
Helvoirt was een agrarisch dorp met veel Vlaamse schuren, waarvan er nog enkele bewaard zijn gebleven. Het is de vraag of Vincent over de Antwerpse baan in Helvoirt heeft gelopen. Deze Oude Baan, die in de 13e eeuw is aangelegd, is eigenlijk niet veranderd.

Maak een reis naar de oude kerk in Helvoirt
Op zaterdag 13 september van 10.30-14.30 uur tijdens Open Monumentendag is er in de Oude Kerk van Helvoirt aan de Torenstraat van alles te doen en te zien. De reizen door de ogen van Vincent van Gogh en Jheronimus Bosch staan centraal. Je kunt er niet alleen routes krijgen voor de Vincent van Goghwandeling door Helvoirt, maar bijvoorbeeld ook spreken met kunstenaars geïnspireerd door Jheronimus Bosch en kennismaken met mijn werk. Meer informatie over het programma vind je hier.

In mijn laatste roman 'Bruiloft Regelen & Zo' besteed ik aandacht aan het Vincent van Goghjaar (2015) en het Jheronimus Boschjaar (2016). Ook staan er bezienswaardigheden in die hier mee te maken hebben. Voor meer info, bezoek mijn website.

Deze tekst is van de hand van gastblogger Els Knoope. Ben jij ook op een mooi verhaal gestuit tijdens je genealogische of historische onderzoek? En wil je dat verhaal delen? Stuur het in! Niet te lang (rond de 250 woorden), illustratie erbij en we plaatsen het op ons weblog. Wie durft? :-)

Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Vincent van Gogh in Helvoirt, 1874 
- Van domineehuis tot Van Goghhuis 


maandag 1 september 2014

Schijndel bedankt!

De slagerij van Bertje van Rooij, die de Belgische familie Warnant onderdak heeft geboden tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het pand bestaat nog steeds, zelfs met nostalgische inrichting.
Op 11 november 1918 werd de wapenstilstand getekend tussen de geallieerden (Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Rusland) en de centralen (Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Italië). Het einde van de Eerste Wereldoorlog was daar. Begin december begonnen gevluchte Belgen weer huiswaarts te keren. Hier een hartverwarmende blijk van dankbaarheid jegens de bevolking en het gemeentebestuur van Schijndel. 


De Belg Arthur Warnant bedankt de Schijndelse inwoners voor hun gastvrijheid

Arthur Warnant sprak functioneel en op persoonlijke titel in zijn brief van 1 december 1918 aan burgemeester Manders van Schijndel zijn dankbaarheid uit over de broederlijke gastvrijheid die de Belgische vluchtelingen tijdens hun verblijf in Schijndel hadden genoten. 

Aan spek geen gebrek
Deze blijk van waardering op persoonlijke titel is mogelijk ook te danken aan het feit dat - ondanks rantsoenering in die tijd - aan spek waarschijnlijk geen gebrek was voor Arthur Warnant (52), zijn vrouw Laure Minne (45) en hun kinderen Gabriëlle (14), Nicolaas (13), Suzanne (12), Ivonne (8) en Albert (5). Volgens een opgave in het Schijndelse archief genoten zij sedert 1915 namelijk onderdak bij het gezin van E. van Rooij op het adres Dorp G58.

Arthur Warnant en zijn gezin konden terecht bij slager Van Rooij

'Bertje van Rooij'
Volgens het bevolkingsregister is dit slager Eimbertus van Rooij, alias 'Bertje' van Rooij, de bekende telg uit de slagersfamilie Van Rooij. In april 1914 had hij van de gemeente vergunning gekregen een vleesfabriek voor het slachten van varkens en het verwerken van vlees op te richten. Maar mogelijk bestond de slagerij al eerder.

'Bertje' van Rooij en zijn vrouw Maria Merks hadden drie zoons en drie dochters, geboren in de periode 1894-1902. Een druk gezin waarin de beide oma's ook ingewoond hebben. Een paar monden meer of minder, daar zullen ze in het gezin van slager Van Rooij niet van opgekeken hebben. Bovendien, Arthur en Bertje zullen gespreksstof genoeg hebben gehad. Arthur was namelijk van beroep paardenkoopman en wie weet kwam dat nog wel goed van pas in de slagerij...

Afbeelding van de slagerij...Wie weet wanneer deze foto is genomen?
Hierboven een afbeelding van de slagerij, waar Arthur Warnant en zijn gezin onderdak vonden. Wie weet wanneer deze  foto gedateerd is? We zien links naast de slagerij 'W. van Rooij' hotel Amicitia in de steigers. Is dit na de Tweede Wereldoorlog toen het door oorlogsschade zwaar beschadigde pand werd opgeknapt? Slaat de 'W' van 'Slagerij W. van Rooij' wellicht op zoon Waltherus A.J. van Rooij, die de slagerij in 1937 uitbreidde? Kortom, veel vragen! Weet u het antwoord?

In pension bij Regina Coeli
Niet het hele gezin Warnant ging meteen huiswaarts naar Gembloux in België. De kinderen waren ouder geworden en misschien was het verblijf in Nederland toch niet zo slecht bevallen. De ouders besloten de oudste dochters Suzanne (14) en Yvonne (9) op pensionaat Regina Coeli in Vught te plaatsen. Toch last van heimwee? De meisjes werden in 1919 alweer uitgeschreven...
Meisjespensionaat Regina Coeli te Vught

Hoe idyllisch het er ook uit ziet, Suzanne en Yvonne Warnant werden in 1919 alweer uitgeschreven...
Vind je dit interessant? Lees dan ook:
- Dr. Louis Pirenne: kind van een Belgische vluchteling
- Gevluchte scheutisten in Esch